De productie van
speed (amfetamine) en
xtc (mdma) tiert welig in de grensstreek in Antwerpen en Limburg. Het aantal dossiers rond clandestiene drugslabs (
cfr. foto's) is
vorig jaar verdubbeld, zo blijkt uit cijfers van het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC). En vorige week alleen al werden nog eens zes dumpingplekken ontdekt, waaronder twee in Overpelt. Het NICC helpt mee aan een veilige ontmanteling van de labo’s en onderzoekt de chemische stoffen.
Wanneer een clandestien drugslabo, stockageplaats of dumping van chemisch afval wordt ontdekt, komt het
Clan Lab Response Unit (C.R.U.) ter plaatse. Daar maakt naast gespecialiseerde diensten van de politie en de brandweer ook het laboratorium
Drugs van het NICC deel van uit. Vorig jaar moest het C.R.U. in België
46 keer uitrukken voor clandestiene labo’s, opslagplaatsen en dumpingen.
De chemici van het NICC leggen het productieproces op een veilige manier stil, nemen stalen en analyseren die.
“De analyses zijn complex en arbeidsintensief. Naast een identificatie van de drugs moeten wij ook het type productieproces, de capaciteit en/of opbrengst bepalen. De politie gebruikt deze gegevens om de winst te berekenen,”
zegt Natalie Meert, forensisch deskundige van het laboratorium Drugs in het NICC.
Niet alleen de stalen van een interventie moeten geanalyseerd worden, maar ook stalen van bijkomende huiszoekingen en sporenonderzoeken in voertuigen worden in het labo Drugs van het NICC geanalyseerd. Zo verwerkte het NICC vorig jaar 53 dossiers. Dubbel zo veel als in 2015 (26 keer) en zes keer zo veel als vijf jaar geleden (9 in 2011).
“Bij zo’n drugslabo gaat het niet om hobbykoks in een caravan of keukenlabo, zoals in
Breaking Bad, maar om professionele installaties van soms industriële omvang," zegt Meert. "Er wordt geproduceerd in verlaten loodsen, in varkensstallen maar ook in huizen in het midden van een woonwijk. Hun chemisch afval belandt op verlaten bosweggetjes of langs een kanaal.”
De bendes werken meestal in België en Nederland, en verspreiden hun productieproces over verschillende locaties om het risico te spreiden. In Nederland wordt er nog altijd meer geproduceerd maar België moet zeker niet onderdoen. Laboratoria worden doorgaans ontdekt als gevolg van politioneel onderzoek of door een incident zoals een brand, explosie of geurhinder. Dumpingen worden meestal ontdekt door toevallige voorbijgangers. Dat het aantal vondsten zo gestegen is, kan liggen aan meerdere oorzaken. Natalie Meert:
“Een mogelijke verklaring is dat er geen tekort meer is aan
precursoren — het basisingrediënt om drugs mee te maken, zeg maar. Een nieuwe trend is het 'on the spot' maken van deze precursoren uit vaak niet-gereglementeerde stoffen. Deze nieuwe stoffen overspoelen de markt en het productieproces is eenvoudig. Daarnaast impliceert een stijging in productieplaatsen een stijging in het aantal dumpingen. Vorige week alleen al zijn er nog eens zes dumpingen gevonden. Dat betekent dat er ergens een laboratorium volop draait.”
De medewerkers van het NICC volgen regelmatig (inter)nationale opleidingen. Het NICC voert ook wetenschappelijk onderzoek uit met mobiele meetapparatuur. Daardoor kunnen ze gerichter stalen nemen tijdens een interventie waardoor er ter plaatse al voldoende en betrouwbare informatie meegedeeld kan worden.
(Foto's NICC)