De tijd dat de was gedroogd werd aan de stoof is al lang voorbij. Je zou het misschien niet denken, maar de
eerste wasdroger verscheen niet veel later dan de eerste wasmachine. Die werden aan het einde van de 17e eeuw op de markt gebracht.
De uitvinding van de wasdroger werd commercieel rond 1800, bedacht door een Fransman, M. Porchon. De droger werd eerst verkocht in Frankrijk en Engeland. Het ging toen om een metalen trommel die boven een vuur met de hand rondgedraaid werd, vergelijkbaar met een simpele centrifuge. Latere versies kregen een gloeiend verwarmingselement.
Henry W. Altorfer ontwikkelde de eerste
elektrische wasdroger rond 1937. De eerste warmtepompdroger kwam op de markt in het begin van de 20e eeuw. In eerste instantie was er niet veel belangstelling voor warmtepompdrogers omdat ze duurder waren in aanschaf, en men toch niet veel betaalde aan energiekosten. Aan het einde van de 20e eeuw werden de energievoorraden schaars, waardoor de stroomkosten stegen. Daarnaast werd het gebruik van zuiniger en milieuvriendelijker alternatieven voor huishoudelijke apparaten aangeraden om het milieu niet te veel aan te tasten. Omdat het energieverbruik van een warmtepompdroger een stuk lager is dan dat van een condensdroger of luchtafvoerdroger, gaven veel mensen de voorkeur aan dit type droger. Warmtepompdrogers verbruiken minder elektriciteit per droogbeurt dan andere soorten wasdrogers omdat ze in plaats van een elektrisch verwarmingselement gebruikmaken van een warmtepomp en een koelmiddel tijdens het drogen. Hierdoor droogt een warmtepompdroger met een lage temperatuur en gebruikt hij minder stroom, maar wordt ook je wasgoed niet blootgesteld aan hoge temperaturen. Hierdoor gaan je kleding, beddengoed, handdoeken en andere wasgoed langer mee.
Vandaag de dag wordt de warmtepompdroger nog steeds het meest verkocht. De meeste drogers die je in de winkels of online tegenkomt, zijn daarom ook warmtepompwasdrogers. Op de tweede plaats staat de condensdroger, die wordt verwarmd met een elektrisch verwarmingselement en heeft daardoor een hoger energieverbruik.
(Foto: Reengenoten)