Met behulp van
nachtcamera’s van het Agentschap Natuur en Bos heeft Remar Erens, een vrijwilliger van de provinciale LIKONA-zoogdierenwerkgroep, opnames
gemaakt aan enkele hamsterburchten in de streek van Tongeren. Hij kon bovendien enkele hamsters op film
vast leggen bij die burchten. Vooral net voor zonsopgang was er daar veel activiteit. De opnamen - die u
hier kunt bekijken - zijn een primeur voor Vlaanderen, zei gedeputeerde voor milieu Frank Smeets vandaag.
Hamsterburchten opsporen is een
vermoeiende en dikwijls saaie activiteit. Men moet vele kilometers
stoppelvelden aflopen om
misschien iets te vinden. De laatste jaren was er een daling van het aantal gevonden burchten in dit gebied. De natte lentes en zomers zorgden zeker niet voor ideale leefomstandigheden voor de hamster, een soort die haar hoofdverspreiding kent op de droge steppes van Hongarije en Rusland.
Door het slechte natte voorjaar van 2012 waren de verwachtingen laag. Het was een aangename verrassing dat er op een beperkte onderzochte oppervlakte een 20-tal burchten werd aangetroffen. Misschien is dit een aanwijzing dat de soort in Vlaanderen nog niet ten dode is opgeschreven. En dat beschermingsacties nog erg zinvol zijn.
De hamster is een solitaire soort, die een gangenstelsel graaft. Dit netwerk kan tot twee meter diep zitten, met gangen van een diameter van 6 tot 8 centimeter. Die gangen kunnen bovendien soms behoorlijk steil zijn, waardoor hij snel kan verdwijnen bij gevaar. Hier legt hij kamers in voor voedselvoorraden, een latrine, en nesten. De nesten zijn vaak bedekt met gras, hooi en ander zacht materiaal. 's Avonds en 's nachts wordt een hamster actief en komt hij uit zijn hol om te eten: vooral zaden, grassen en kruiden, maar ook wortelen, vruchten en granen en dierlijk voer als insecten, slakken, wormen, en zelfs kikkers, muizen en jonge vogels. Het voedsel bewaart hij in zijn wangzakken en neemt het mee naar zijn voedselvoorraden. Daar leegt hij zijn wangzakken met zijn voorpoten. De voedselvoorraad kan tot 65 kilogram aan voedsel beslaan, maar is meestal niet meer dan 15 kilogram (vandaar het woord
hamsteren). Bij gevaar zet de gewone hamster zijn wangzakken op en maakt hij dreigende geluiden.
Als de herfst komt, dicht hij alle uitgangen met aarde. In het diepste nest houdt de hamster van oktober tot april een winterslaap waarbij zijn lichaamstemperatuur tot 5°C daalt. De winterslaap onderbreekt hij elke vijf tot zeven dagen om te eten van deze voedselvoorraad. Soms komt hij in deze periode ook buiten, vorig jaar werd er in Tongeren een hamster lopend in de sneeuw waargenomen. Na de winterslaap breekt de paartijd aan. Hierbij dringen de mannetjes binnen in de territoria van de vrouwtjes, waar ze na de paartijd direct weer worden uitgejaagd. Ook tamme hamsters houden een winterslaap als de temperatuur daalt.
Na een draagtijd van 17 tot 20 dagen worden drie tot vijftien kale, blinde jongen (gemiddeld 4-8) geboren. Na 14 dagen gaan de ogen open en kunnen de jongen het nest verlaten. Na 18 dagen worden de jongen gespeend. De vrouwtjes zijn geslachtsrijp na 43 dagen, waardoor jongen uit de eerste worp vaak nog in hetzelfde jaar kunnen voortplanten. Een vrouwtje kan tot drie worpen per jaar krijgen. De voortplantingstijd eindigt in juli en augustus.
In het Limburgs wordt de hamster dikwijls aangeduid als 'korenwoof'. Dat koren slaat op zijn voedsel en woof of wouf is een bijnaam voor iemand die erg inhalig is. Het is duidelijk dat dit dier een korenhamsteraar is. In vertaling naar het Nederlands is dit verbasterd tot
korenwolf.