Stad Genk en het Agentschap voor Natuur en Bos starten
een proefproject rond de everzwijnenproblematiek. Aanleiding is de
schade die everzwijnen in de Genkse woongebieden aanrichten. Nu gaat men een extern team aanstellen dat nieuwe methoden moet uitproberen in de bewoonde omgeving om zo tot een efficiënt beheer te komen. Voor dit project wordt inspiratie gehaald uit de methoden van gebieden waar het probleem al langer aanhoudt, zoals
Barcelona, Berlijn en Rome.
ANB neemt het project in handen, terwijl stad Genk logistiek, communicatief en organisatorisch ondersteunt. Andere partners met expertise zijn de Vlaamse everzwijncoördinator en INBO, het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. Het project wordt tweemaandelijks opgevolgd en het team zal opereren vanuit het Milieu-en Natuurcentrum Heempark.
"Via meldingen van onze inwoners kan het team meteen reageren”, vult schepen Vandeurzen aan. “Zo zullen ze verschillende methoden uittesten en evalueren. Dat wil zeggen dat ze kunnen testen of alternatieven zoals bijvoorbeeld kooien of netgeweren effectief zijn.”
Volgens de schepen baart de groeiende overlast van everzwijnen de burger zorgen. “Er is dringend nood aan bijkomende maatregelen. De stad zorgde voorheen voor een oplossing door te jagen in de stedelijke bossen en meldingen van de burgers op te volgen. Daarnaast werd er meer gronden ter beschikking gesteld aan de wildbeheereenheden die actief zijn op Genks grondgebied opdat er meer kan worden gejaagd.
Tenslotte organiseerde de stad al verschillende
groepsaankopen voor wildrasters om op die manier tuinen preventief te beschermen en worden voorbereidingen getroffen om ook door middel van vangst de everzwijnen te bestrijden. Met dit project zullen we nieuwe methoden testen en zo veel gerichter kunnen werken.”
(Archieffoto Emilie Boogers)