Exact een eeuw geleden werden, door het nijpend tekort aan ertsen voor de Duitse wapenindustrie, vooral koper maar ook andere metalen in bezet België opgeëist door de bezetter. Aanvankelijk zouden ook de kerkklokken aangeslagen worden, maar door hevig protest van kardinaal Mercier, die heel wat internationaal gezag uitstraalde, werd hiervan afgezien. Het koper werd wél overal opgespoord en opgehaald. Op 18 juli 1917 werden
in de brouwerij van de Achelse Kluis drie koperen pompen en twee brouwketels uitgebroken en naar Luik overgebracht. De vrachtbrief vermeldt 634 kg
Altkupfer en 67,5 kg
Altmessing. De knecht van het klooster, J. Slenders, moest de zaak namens de monniken afhandelen. Door de ontmanteling van de brouwerijinstallatie en de grote schade aan de kloostergebouwen van de Achelse Kluis, werd de brouwerij nadien niet meer heropgestart. Het is pas onder abt br. M. Gallant dat men in 1998 opnieuw met een brouwerij van start ging, waardoor de intussen bekende Achelse trappist de wereld rondgaat.
(Foto "De Groote Oorlog rond de Kluis") (Geert Stevens)