Een groep medewerkers van het
Grevenbroekmuseum en enkele sympathisanten maakten gisteren hun jaarlijkse uitstap. Die ging naar het nationaal gedenkteken van het
Fort van Breendonk, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog een gruwelplaats was van de Duitse SS-ers die er politieke gevangenen en joden opsloten en martelden.
Gedurende twee uur werd de groep door een gids geïnformeerd over de manier waarop SS-ers en Vlaamse collaborateurs hun gevangenen behandelden. Na de donkere gangen- met een bezoek aan de
folterkamer - doorlopen te hebben was iedereen sterk onder de indruk toen men het fort
verliet. Zeker Lambert Hulsbosch. Zijn vader, Jaak, verbleef van 27 juli tot 8 augustus 1944 in het Fort van Breendonk. Na zijn deportatie naar de concentratiekampen van Buchenwald en Blankenburg stierf hij begin april 1945 tijdens de evacuatie van het kamp Blankenburg.
Na de middag trok het gezelschap richting Mechelen en meer bepaald naar Technopolis, waar de bezoeker zelf kan experimenteren en op een interactieve manier bijleren over wetenschap en technologie. Voor de meeste deelnemers was het een eerste kennismaking met 3D-printers, die er volop de meest complexe dingen uitprintten.