Sluikstorten is een plaag die niet alleen het milieu belast, maar ook jaarlijks veel geld kost aan de samenleving. De gemeente is immers verplicht om zulke storten op te ruimen. Wie betrapt wordt op sluikstorten krijgt een belasting opgelegd op het opruimen hiervan. Het minimumbedrag is 200 euro. Daarnaast kan je ook nog strafrechtelijk vervolgd worden.
Hoe werkt het? De vaststelling van het sluikstort gebeurt altijd door de gemeente. De ambtenaren noteren de gegevens en proberen de dader te identificeren.
Als de gemeente het sluikstort zelf opruimt, worden volgende tarieven aangerekend:
• 0,70 euro per kilometer transport van de afvalstoffen;
• 30 euro per arbeidsuur en per arbeider die door de gemeente bij het opruimen van het sluikstort wordt ingezet;
• 40 euro per uur en per ingezet voertuig (vrachtwagen, kraan, ...), inclusief chauffeur;
• 50 euro per m3
Indien de gemeente een derde moet inschakelen om het sluikstort op te ruimen (bijvoorbeeld een gespecialiseerde firma), dan wordt het factuurbedrag van deze derde doorgerekend aan de belastingplichtige. Daar komt nog een administratieve kost bij van 80 euro. Hiernaast wordt steeds de politie gewaarschuwd, die een proces-verbaal kan opstellen.
De invordering gebeurt via een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Daarna krijgt de dader een aanslagbiljet, waartegen hij een bezwaarschrift kan indienen. Dat moet gebeuren bij
het college van burgemeester en schepenen. Krijgt hij ongelijk, dan kan hij nadien in beroep gaan bij de rechtbank van eerste aanleg. Het indienen van een bezwaar ontslaat de belastingplichtige niet van de betaling!