Houtsnippers van houtkanten inzetten om de bodem te versterken: dat is de duurzame techniek die de komende maanden bij landbouwers in Pelt, Peer, Hamont-Achel en andere Noord-Limburgse gemeenten wordt toegepast. BoerenNatuur Vlaanderen, PVL en het Regionaal Landschap Lage Kempen tonen tijdens een demonstratiemoment in Pelt hoe houtsnippers kunnen uitgroeien tot echt ‘bodemgoud’.
Meer foto's -
Een filmpjeSinds augustus 2024 werkten al 14 landbouwers in Noord-Limburg houtsnippers in hun landbouwbodem, goed voor samen meer dan 21 hectare. Vanaf eind 2025 en in 2026 kunnen ook gemeentelijke houtsnippers gebruikt worden, dankzij de nieuwe samenwerking met lokale besturen.
Waarom houtsnippers?
Door houtsnippers onder te werken, stijgt het organisch stofgehalte van de bodem. Dat zorgt voor een betere structuur, meer bodemvocht en maakt de bodem weerbaarder tegen droogte en extreme weersomstandigheden. “We stijven de bodem letterlijk in zijn kracht,” zegt Marijke Gijbels, adjunct-coördinator bij PVL. “Een gezonde bodem zorgt voor sterke gewassen én minder erosie.”
Ook de positieve klimaateffecten trekken landbouwers over de streep: de techniek slaat CO₂ op in de bodem én draagt bij aan natuurvriendelijke landbouw. “Het is een eenvoudige maatregel met grote impact, en we merken dat landbouwers echt nieuwsgierig zijn om dit zelf uit te proberen,” aldus Fientje Verbruggen van BoerenNatuur Vlaanderen.
Ook goed voor het landschap
Naast het landbouwkundige voordeel krijgt ook het landschap een boost. Het project wil houtkanten behouden en versterken, door ze een economische én ecologische waarde te geven. “We zetten in op verantwoord houtkantenbeheer, waarbij natuur, landbouw en biodiversiteit samen winnen,” zegt Karel Hermys van Regionaal Landschap Lage Kempen.
Tijdens de demonstratiedag van het Bodemgoud-project op de akkers van Grote Heide nam
schepen van Landbouw Liesbeth Fransen het slotwoord voor haar rekening. Ze benadrukte vooral de kracht van samenwerking tussen gemeenten, landbouwers en partners binnen het project.
Fransen sprak haar waardering uit voor de goede verstandhouding met de buurgemeenten en de projectpartners die hier samen hun schouders onder zetten.
“Het is altijd verrijkend om ervaringen uit te wisselen en te bekijken wat haalbaar en interessant is. Die gezamenlijke inzichten helpen ons om de juiste keuzes te maken voor de toekomst van onze landbouw.”
Bijzondere dank ging uit naar de landbouwers die actief deelnemen aan het proefproject.
“Zij stellen hun percelen open, denken mee, testen mee en brengen waardevolle feedback. Dat is essentieel om te ontdekken wat werkt en wat niet.”
De schepen wees erop dat landbouw vandaag voor grote uitdagingen staat, maar dat innovatie via projecten zoals Bodemgoud perspectief biedt. Daarbij verwees ze naar de vooruitgang die de sector het afgelopen decennium heeft gemaakt:
“Technieken die tien jaar geleden nog ondenkbaar waren, maken het nu mogelijk om percelen veel preciezer en duurzamer te beheren. Dat levert meerwaarde op, niet alleen voor de landbouwer, maar ook voor iedereen die geniet van ons landschap – van inwoners tot fietsers en wandelaars.”
Fransen sloot af met een positieve blik op de toekomst:
“Dit is een technisch project, maar vooral één met impact. We blijven hier samen voor strijden. Ik ben ervan overtuigd dat er een vervolg komt, en kijk uit naar de resultaten die deze samenwerking nog zal opleveren.”
Het project wordt mee gefinancierd door LEADER Kempen, de provincie Limburg, Pelt, Peer en Hamont-Achel.