Komend najaar wordt er in 25 gemeenten langs de Belgisch-Nederlandse grens een lint van witte krokussen geplant.
In onze provincie gebeurt dat in Neerpelt, Hamont-Achel, Bocholt, Kinrooi en Maasmechelen. Het is in het najaar 100 jaar geleden dat de Dodendraad werd afgebroken. Het was een elektrische grensversperring van 350 kilometer lang, waar 2000 volt op stond. Langs de hele Nederlands-Belgische grens vielen bij de draad zo’n 1000 doden.
De Draad werd door de Duitse bezetter neergezet op te voorkomen dat vrijwilligers zich aansloten bij het Belgische leger. Ook probeerde men zo spionnen en smokkelaars tegen te houden. In het neutrale Nederland waren immers veel meer voedsel en andere goederen te verkrijgen.
Om de doden te herdenken en om dit belangrijke verhaal uit de grensregio levend te houden, planten duizenden vrijwilligers dit najaar witte krokussen langs het voormalige traject van de Dodendraad. Lokale verenigingen en basisscholen zullen meehelpen om het lint van bloemen aan te leggen. Belgische en Nederlandse buurgemeenten werken hierin samen.
De witte krokussen lijken qua vorm op de witte isolatoren van de elektrische draad.
In 2015 is het eerste deel van het krokuslint geplant op de grens tussen Wuustwezel en Zundert. Toen werden er 25.000 witte krokussen geplant over een lengte van 11 kilometer. Dit najaar wordt dus een groot deel van de rest van de 350 km lange grens geplant.
Deze zomer wordt ook een langeafstandfietsroute gelanceerd die loopt via fietsknooppunten. Deze route kronkelt over de Belgisch-Nederlandse grens en heeft een lengte van 500 kilometer. Je fietst dan langs alle reconstructies van de Dodendraad die de afgelopen jaren zijn gebouwd door lokale heemkundekringen langs de grens.