De
zwavelzwam (Laetiporus sulphureus) groeit vanaf april met een groeipiek in juni en vervolgens vanaf augustus tot en met oktober. De paddenstoel is in zeer jonge toestand fel geel gekleurd en wordt al snel oranje-geel. Later wordt de paddenstoel oranje tot zelfs baksteenrood. De zwam is met name in jonge toestand (geel-licht oranje gekleurd) zacht en veerbaar met sappig vlees. Later wordt de zwam bros en taai. De zwavelzwam groeit aan verschillende bomen in een “console”. De zwam heeft een voorkeur voor eik, wilg, tamme kastanje en ook taxus (deze laatste niet eten, zie verderop).
De zwavelzwam is een veelvoorkomende paddenstoel die goed gegeten kan worden. De smaak en de textuur van deze paddenstoel komen overeen met
kippenvlees. De Engelse naam “chicken of the woods”, letterlijk vertaald: “boskip” geeft dit ook aan.
(Patrick Cosemans)