Hendrik Snoekx (76), roepnaam Rik, was er bij toen in oktober 1989 de mijn van Beringen als voorlaatste in Limburg sloot. Hij had er toen een loopbaan van 22 jaar ondergronds mijnwerker opzitten. Aan dat pensioen gingen wat omzwervingen vooraf want starten als jonge knaap deed Rik in de mijn van Zwartberg. Hij werkte nog enkele jaren in andere bedrijven om vervolgens via Beringen-Mijn naar Zolder-Mijn te trekken om uiteindelijk definitief terug te keren naar de Beringse mijnzetel. “Ik heb in 3 Limburgse mijnen gewerkt”, vertelt Rik, “ik denk dat niet veel mijnwerkers dat kunnen zeggen.” Om dat mijnwerkersplaatje compleet te maken woonde Rik met zijn gezin van 1972 tot 2016 in de echte cité van Beringen-Mijn. Verbondenheid met ‘de put’ kan niet groter zijn.
De kleine Rik werd geboren in Genk maar groeide op in Peer. “Mijn vader werkte bij Foraky in Zonhoven”, vertelt Rik, “een bedrijf gespecialiseerd in boringen. Via hem kon ik als 16-jarige beginnen in de mijn van Zwartberg. Onder de leiding van een monitor gingen we meteen alle 5 dagen per werkweek de ondergrond in. Het was zwaar labeur want ik moest achtergebleven materialen in de afgewerkte pijlers manueel opruimen. Toen ik 18 jaar was heb ik Zwartberg verlaten door een grote staking die er toen was uitgebroken. Daarna heb ik enkele jaren in diverse fabrieken gewerkt. De mijnmicrobe had me blijkbaar toch te pakken want later trok in terug de mijn van Beringen in.”
De liefde kwam natuurlijk ook om het hoekje gluren. Rik leerde zijn echtgenote Iréne Moons, uit Heppen, kennen in zijn thuishaven Peer waar zij werkte in het café van haar tante. Het was de logica zelf dat gezien het mijnwerkersleven het gezin naar Beringen-Mijn verhuisde waar ze 44 jaar in de Louis Sauvestrelaan zouden wonen. Nu betrekken Rik en Iréne een leuk huisje in Paal, pal naast de schrijnwerkerij van zoon Eric.
Inrichtingswerken en schietmeester
Rik begon terug in de mijn van Beringen te werken maar even later trok hij nog een paar jaar naar de mijn van Zolder. Hij keerde toch terug naar Beringen waar hij tot aan zijn pensioen in 1989 altijd in de middagpost zou werken.
“Ik was vele jaren actief met inrichtingswerken die ook wel terugwinningswerken werden genoemd”, legt Rik uit, “we moesten pantsers demonteren en galerijen opruimen. Ik ben mijn loopbaan geëindigd als opzichter inrichtingswerken. Tussendoor was ik nog even schietmeester maar dat was niet echt naar de zin van mijn grote baas ir. Goddeeris, de toenmalige directeur van de ondergrond. Het beschrijven van alle mijnjobs was niet eenvoudig want er waren wel 140 verschillende taakomschrijvingen. Werken in de mijn kon gevaarlijk zijn. Ik heb meerdere zware ongevallen zien gebeuren maar zelf heb ik niets ernstigs opgelopen.”
Als syndicaal afgevaardigde voor het ABVV zetelde Rik in de ondernemingsraad (12 jaar) en in het Comité voor Veiligheid en Gezondheid. In die hoedanigheid was hij vrij snel op de hoogte van het feit dat de mijnsluiting in Beringen onafwendbaar was. In zijn vrije tijd was Rik lange tijd voorzitter van WTC Het Zwarte Goud en coördinator van het fietsevenement De Lus van Het zwarte Goud. Die wordt helaas niet meer georganiseerd. Nu is hij met echtgenote Iréne nog lid van WC Paul Gerard. Hij zetelde in de OCMW-raad en was lid van Toerisme Beringen. Met Iréne aan zijn zijde baatte hij 9 jaar de VIP-kantine in het Mijnstadion uit in opdracht van de sportdienst. Samen kunnen ze terugkijken op een rijk gevuld leven waarin het mijnwerkersverleden een prominente plaats in neemt. (
tekst en foto Martin Vanierschot)