Het is nu precies 50 jaar geleden dat 1967 werd uitgeroepen tot
‘Summer of Love’. Slogans als ‘Flower Power’ en ‘Make love, not war’ werden wereldwijd gebruikt in de hoop dat de wereld wat vredelievender zou worden. Het bleef een illusie. Het epicentrum van de Summer of love-aardschok lag in San Francisco en was een hoogtepunt voor de hippiebeweging.
Tot mijn grote verbazing en ongeloof bereikten de restanten van de uitstervende trillingen ook het boerengat Beverlo waar ik opgroeide. We verstonden net genoeg Engels om in de mate van het mogelijke deel uit te maken van deze boeiende ontwikkelingen.
Mijn ouders zagen met lede ogen aan hoe ik compleet in de ban van de popmuziek raakte. Ik leerde gemakkelijker de hits van toen van buiten dan de leerstof in mijn studierichting A2-mechanica . Die technische wirwar interesseerde mij dan ook geen barst. Zelfs zonder ooit wiet van dichtbij te hebben gezien, was het bedwelmende van de muziek overweldigend. Ik kon de hitparade van voor naar achter en omgekeerd meezingen. Tot overmaat van ramp, in mijn ouders ogen toch, begon ik in die tijd gedichten te schrijven. Althans wat daar moest voor door gaan. Voor hen leek het wel of het verkeerde pad dwars door ons huis liep. Mijn ouders hadden het goed met mij voor, laat daar geen misverstand over bestaan, maar ik leefde in een andere wereld.
Het was een boeiende tijd.
Mijn ‘Summer of Love’ was in feite al begonnen in 1966. Er zijn altijd mensen geweest die op hun tijd vooruit waren! Als 18-jarige had ik toen mijn eerste liefje. Na de grote vakantie scheidden onze wegen. Zij trok op internaat in Luik en ik bleef in Beverlo achter. In de zomer van 1967 schreven we een tweede episode aan ons liefdesverhaal. Daarna was het voorbij want mijn schooltijd zat er op ik ging naar het leger. Het blijven mooie herinneringen;
Het jaar 1967 kende voor mij een onvergetelijk hoogtepunt, een ‘Summer of Love’ waardig .
Op 25 augustus besloten een kameraad en ik met de fiets naar Jazz Bilzen te rijden om daar de eerste dag van het legendarische driedaagse muziekfestival mee te maken. Dat ging toen in het centrum door op de Borreberg. De tocht van 40 km vanuit Beverlo zagen we beloond met optredens van Armand, Wannes Van de Velde, The Pebbles, Boudewijn de Groot, Ferre Grignard en als absolute topper Procol Harum. Ik had nog nooit een popconcert meegemaakt en plots stond ik daar voor het podium bijna oog in oog met wat voor mij allemaal wereldsterren waren. Om 4 uur ’s morgens waren we terug thuis. Je moet de jeugd vandaag eens vragen om 40 km met de fiets naar een festival te rijden. Wij hadden geen keuze.
In Bilzen lag voor enkele uren een andere wereld op ons te wachten. De jaren nadien ben ik nog een vijftal keren naar Bilzen afgezakt maar niet meer per fiets.
De jaren ’60 waren ontzettend boeiend. Eigenlijk waren er vele summers-of-love. Tot dat besef komt een mens pas jaren later als iemands jeugd al een ver verleden wordt. Dat is bij mij het geval!
(Martin Vanierschot)