De
groep kleine natuurvrienden groeit al een tijdje aan en met 28 jonge speurders trokken ze, begeleid door de ervaren gidsen
Nina en Marleen, op zoek naar everzwijnen. Na een 1,5 km hadden ze een
20-tal everzwijnen gevonden, wel goed omheind met prikkeldraad. De jonge zwijnen, beschermd door de moeders, bleven wel wat op afstand van de omheining. Als de gidsen bepaalde vragen stelden zoals "hoe heet het mannetje zwijn" wisten verschillende speurdertjes tussen 5 en 7 jaar dat het e
en beer was, het vrouwtje een
zeug en de kleintjes
biggetjes. Ieder kind had een bordje met zijn naam erop, met daaronder een kleefstrook waarop ze alles konden plakken wat ze tegenkwamen in de natuur zoals bloemen, takjes of dennenappels.
(Jean Beerten)