In het ochtendlicht poseerde deze groep trots voor een foto met op de achtergrond de kolenwasserij. De reacties op het project
be-NATURE waren dan ook lovend. Over de plannen is er in de voorbije periode veel overleg geweest met diverse erfgoedverenigingen, administraties en overheden. Uit een meeting met alle betrokken partijen midden oktober, bleek er een brede consensus te zijn over het verbeterde concept en een breed draagvlak om met het project verder te gaan. “De eerste belangrijke evolutie is dat we de groenzones in en rond het gebouw hebben versterkt en de historische verbinding tussen kolensporen en kolenwasserijen zullen herstellen. Ze worden omgevormd tot wandel- en fietspaden naar en doorheen het gebouw. Centraal in het gebouw wordt de 10.000m² grote overdekte buitenruimte onder de kolenwasserijen omgevormd tot een polyvalente zone die bijvoorbeeld gebruikt kan worden voor markten of activiteiten. Het is via nieuw ingebrachte, sobere paviljoenen dat de bovenliggende kolenwasserijen ontsloten zullen worden. Er wordt een belevingspad aangelegd voor wandelaars doorheen de kolenwasserijen waarbij industrieel erfgoed en natuur- en waterpartijen elkaar afwisselen. De eyecatcher van de wandeling is de kapeltoren, het hoogste punt van de site. De toren wordt in de nieuwe plannen behouden én toegankelijk gemaakt met trappen en een lift. Van hieruit heb je een adembenemend 360°-uitzicht over de ganse site. De kern van het gebouw is niet publiek toegankelijk om veiligheids- en praktische redenen: hier brengen we erfgoed en natuur op een gecontroleerde manier samen. We hebben gezorgd voor meer synergiën met het mijnbelevingsmuseum be-MINE PIT en het Kolenspoor - dat haar vertrekpunt heeft op be-MINE", zegt
Karolien Sas, algemeen directeur be-MINE.
Thomas Vints, burgemeester van stad Beringen toonde zich eveneens tevreden: “Het vandaag voorliggend ontwerp en project be-NATURE beantwoordt aan wat het stadsbestuur steeds heeft beoogd, nl. dat de beeld- en de ensemblewaarde behouden blijft. Zeker het imposante zicht vanaf het kolenspoor en de mijncité op de kolenwasserij is een uniek beeld dat overeind blijft. Dit beeld zal nog worden versterkt door de geplande groenaanleg van het Sporenpark. Het project be-NATURE heeft de potentie een katalysator te worden voor leven en beleven op be-MINE en Beringen-Mijn. Tot slot appreciëren we als stadsbestuur de manier waarop dit ontwerp tot stand is gekomen, met voldoende inspraak en waarbij rekening is gehouden met kennis, ideeën en suggesties van lokale erfgoedverenigingen en de Kwaliteitskamer Beringen Mijn", zegt Vints.
Tom Vanham, algemeen directeur van de Limburgse investeringsmaatschappij LRM: “Het is belangrijk dat er na dertig jaar leegstand opnieuw iets zal gebeuren met en in het gebouw. be-MINE nv wil dat dit iconische gebouw publiek toegankelijk wordt, zowel voor de Beringenaar als de 100.000 bezoekers per jaar die naar deze site komen. Naast passage en beleving willen we ook economische activiteiten ontwikkelen in dit gebouw. Private investeringen zijn immers nodig om het financieel plaatje rond te krijgen en om een toekomstig verdienmodel te hebben. Er lopen gesprekken met verschillende kandidaat-investeerders die hun schouders onder het project willen zetten door bijvoorbeeld leisure– of horeca-activiteiten in het gebouw onder te brengen. Bewust wordt daarom een deel van gebouw casco gelaten, omdat we geen glazen bol hebben en voldoende ruimte willen laten voor toekomstige projecten die ons pad ongetwijfeld zullen kruisen.”
Gedeputeerde van toerisme en erfgoed Igor Philtjens: “Door de plannen van be-NATURE wordt de beeld- en ensemblewaarde van de site geconsolideerd. Het verhaal en de beleving van het mijnverleden op de Limburgse en Euregionale sociaal-economische ontwikkeling en op de Limburgse samenleving krijgt een plaats in be-MINE PIT. Bezoekers kunnen letterlijk in de voetsporen van de mijnwerkers treden en door het pad van de mijnwerker wordt het aanwezige industrieel erfgoed in zijn totaliteit beleefbaar gemaakt. Door een geïntegreerde ontwikkeling, die veel verder reikt dan het gezamenlijk uitkijkpunt in de kapeltoren, zorgen we voor een all-in beleving op de grootste mijnerfgoedsite van Europa en met het Kolenspoor trekken we die beleving zelfs naar de ruime Limburgse omgeving, van Beringen tot Eisden.”
Matthias Diependaele, Vlaams minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed: “De site van be-MINE, met de kolenwasserijen, is de grootste erfgoedsite van Vlaanderen. De mijnen maken een integraal deel uit van onze Vlaamse identiteit en ons rijk industrieel verleden. Ik ben trots om sinds begin van mijn termijn als minister van erfgoed nauw bij dit dossier betrokken te zijn. Dat de plannen nu in uitvoering kunnen gaan, is de kers op de taart voor heel veel mensen. We geven aan een prachtige erfgoedsite een nieuwe, originele toekomst die ervoor zal zorgen dat ook komende generaties hier zullen kunnen genieten.”
Ook minister Zuhal Demir toonde zich een trotse mijnwerkersdochhter.
"Vandaag zetten we de eerste stappen om vanaf 2024 toeristen onder te dompelen in het mijnverleden dat Limburg zo typeert. Tegelijk draagt be-MINE meer dan een steentje weg in het klimaatrobuuster maken van Limburg en Vlaanderen. Omgeven door prachtige natuur zal iedereen die dat wil het kolenspoor kunnen volgen vanop het hoogste punt van deze site tot diep onder de grond. Dankzij be-NATURE komen de rijke geschiedenis van ons mijnverleden en de uitdagingen van de toekomst op be-MINE binnenkort broederlijk samen”, zegt
Vlaams minister van Natuur en Toerisme Zuhal Demir.