Sinds enige tijd zijn er in de
Vallei van de Zwarte Beek slangenarenden gespot.
De slangenarend zoekt zijn prooi, reptielen vooral, door vrij langzaam boven open gebied te vliegen, waarbij hij bidt, met hangende poten en naar beneden kijkende kop. Omdat slangen en hagedissen ’s winters niet voorhanden zijn, trekt de slangenarend in de herfst naar het zuiden.
(Johan Put)