Een maand voor de gemeenteraadsverkiezingen zijn de bermen al flink gevuld met kleurrijke verkiezingsborden. Er zijn allerlei soorten borden. Eetborden komen er dagelijks op tafel maar er is niet echt veel verschil met de tijdelijke borden die de politieke partijen gebruiken om hun menu kenbaar te maken en om de kiezers op hun hand te krijgen. Politieke borden zijn er ook om leeg te eten. Al die partijprogramma’s die op ons bord terechtkomen moeten verorberd worden waarna ze ons zeer uitnodigend er toe moeten aanzetten om toe te happen en op zondag 13 oktober in het kieshokje hun lijst aan te stippen. De borden hebben, volgens mij, hun charmes. Ze brengen kleur in het landschap. Iedereen staat er op zijn paasbest op te blinken en dat 6 maanden na Pasen. Criticasters zullen het eerder hebben over milieuvervuiling en weggegooid geld. Iedereen mag zijn gedacht hebben. Ik bekijk het positief en vind het fijn dat al die borden voer voor discussies zijn. Door die discussies praten mensen toch weer eens wat meer met mekaar en dat is dan toch weer een belangrijk sociaal aspect dat niet onderschat mag worden. Het is toch maar zeer tijdelijk dat de verkiezingsborden ons langs de weg aankijken. Over een maand mogen ze terug de kast in tenzij de regeringsonderhandelingen op alle niveaus op sissers blijven uitdraaien en opnieuw federaal kiezen een optie wordt. Ik ben wel benieuwd wie op 13 oktober gaat stemmen want het is geen plicht meer. Het opkomstpercentage zal zeker een resultaatbepalende rol spelen. Het maakt het allemaal extra spannend en dat vind ik fantastisch. Niemand moet het met mij eens zijn want mijn verkiezingsplezier kunnen ze mij toch niet afpakken. Mijn bestek ligt al naast mijn (verkiezings)bord klaar want ik wil er staan als ik al dat lekkers op 13 oktober kan verorberen. Smakelijk! (
Martin Vanierschot)