Op de foto twee
waterlelies. Links een meerdaagse mét gesloten meeldraden, rechts een eerste dag met open meeldraden, met in het hart een heldere bedwelmende vloeistof. Landt een insect op de linkse bloem, dan wordt het onthaald op een overvloed aan stuifmeel; gaat het dan naar de rechter bloem en komt het in aanraking met de vloeistof, dan volgt de verdoving, valt het in de vloeistof en verdrinkt. Als de avond valt sluit de bloem zich, het stuifmeel wordt van het insect geweekt, en de bloem is bevrucht. De volgende dag opent zich de bloem mét gesloten meeldraden.
(Pierre Rutten)