Clement Maris (75) uit Houthalen-Oost komt vijf keer per week de damherten voederen in
Hengelhoef. Dat doet hij ondertussen al 15 jaar onafgebroken. (Als ik het snel uitreken dan kom ik aan 900 voederbeurten.) Ook vandaag, met ‘code-geel’, is hij present. Hij koopt uit eigen zak wortelen en graan voor de 21 dieren (19 volwassen en drie kleintjes). Als we met Clement samen door het bos naar de drinkbak wandelen hoor ik zijn longen piepen. “Na 23 jaar ondergrond in Waterschei heb ik er COPD (een longobstructie) aan overgehouden,” vertelt hij. “Tot voor kort raapte ik ook nog het slingervuil op, maar dat kan ik nu niet meer. ’s Nachts lig ik met zuurstof in bed.” Hij controleert de waterbak. “Als er niet genoeg water in staat, vul ik ze zelf bij. Ik heb de sleutel van de poort.” Drie herten ontsnapten uit de wei, wat eigenlijk geen wei is, want het staat vol biezen. De herten zijn van Oostappen, die de naam onlangs veranderde in Top Camping, maar meneer Gilis, de grote baas, doet er weinig of niets aan. “Daar heeft hij blijkbaar geen tijd voor, hij moet zijn kassa tellen. Massa is kassa, zegt hij. De stroomdraad om de wolf op afstand te houden functioneert al maanden niet meer. De herten worden hoofdzakelijk gevoederd door mij en enkele buurtbewoners. Er is zelfs een vrouw van 85 jaar die een keer per week met haar fiets de dieren komt voederen.”
Wanneer één van de ontsnapte herten naar Clement toe komt en uit zijn hand een wortel eet, glundert Clement. “Nu is mijn dag goed. Daarvoor doe ik het. Half december was er minder goed nieuws. Drie herten werden gedood en geslacht door Vic, de gepensioneerde boswachter. Ik heb het met eigen ogen zien gebeuren. Dan klopt mijn hart tot in mijn keel. Het slachtafval liet hij liggen in de biezenweide. Gruwelijk voor de overlevende herten om de ingewanden van hun broer en zus zomaar te zien liggen.” Wat is Clements wens voor als hij er niet meer zou zijn? “Geef ze allemaal de vrijheid. Dan zijn de dieren terug in hun natuurlijke habitat.”
(Jef Lingier)