We hebben geen koolmijn meer, maar nog wel de
schachtbokken van de vroegere koolmijn. Oorspronkelijk waren dat twee
houten boortorens, die in 1927 gebouwd werden. Tussen 1937 en 1939 werden ze vervangen door de huidige stalen schachtbokken. Ze zijn 71m hoog. De eerste steenkool werd in februari 1939 naar boven gehaald, vlak voor de Tweede Wereldoorlog. Maar ook tijdens die oorlog werd er steenkool gedolven, zij het onder toezicht van de Duitsers.
De twee schachtbokken gaan nu
gerestaureerd worden. Het zijn de laatste twee schachtbokken in Limburg die onder handen worden genomen, en de hoogste in hun soort in Europa. De restauratie, die 7,5 miljoen gaat kosten, kadert in een project om de mijnsite en het kolenspoor op te waarderen. Ze zal in twee fases verlopen. Voor fase één investeert de gemeente 1,6 miljoen euro. "We gaan starten met het restaureren van een eerste schachtbok, waarvoor een bedrag van zo'n 3,5 miljoen euro nodig is", legt burgemeester Alain Yzermans uit. "Wij voorzien de helft, voor de andere helft rekenen we op subsidies van Erfgoed Vlaanderen en middelen van Limburg Sterk Merk. We krijgen 300.000 euro erfgoedsubsidies. Verder wachten we nog op de goedkeuring van LSM." Voor de restauratie van de tweede schachtbok is de gemeente nog in overleg met Erfgoed Vlaanderen. "We hopen een grote investering te kunnen krijgen op basis van veiligheidswerken. Maar die restauratie zal voor de volgende legislatuur zijn", besluit Yzermans in een gesprek met Radio2.
De totale kostprijs van 7,5 miljoen euro ligt hoger dan verwacht. "Het is een enorme som, maar dat heeft te maken met de opbouw. Er moeten
twee grote stellingen gebouwd worden voor de restauratie, daarom is die prijs zo hoog. Maar we stonden er wel een beetje versteld van", geeft de burgemeester nog toe.
(Foto Jef Lingier)