Rudi Biesmans en zijn paard Kira (foto) legden samen 2.900 kilometer te voet af tot in Santiago de Compostela. Nu zijn ze terug. "Uit respect voor mijn paard, heb ik nooit op haar rug gezeten," zegt Rudi. "En op voorhand had haar beloofd dat ik pas zou eten als ook zij kon eten. Als ik een plek vond voor mijn tentje graasde Kira in de wei naast me. Tijdens die tocht van 3,5 maanden ontstond er een hechte band tussen ons. Als ik in een bakkerij of een winkel inkopen ging doen, was Kira doodongerust. Bang dat ik niet zou terugkomen. Toen we door het hels verkeer van een grootstad stapten was zij er meer gerust in dan ik. Gewoon het feit dat ik bij haar was stelde haar gerust."
"Hier voor de deur (in Houthalen-Oost) zijn we op 1 april vertrokken. Op 20 juli waren we terug. Het Belgisch Genootschap van Compostela had me de trip met mijn paard nochtans ten stelligste afgeraden. Doe dit niet, doe dit niet, herhaalden ze. Gelukkig heb ik het toch gedaan, ook al werd mijn vrijheid ingeperkt, want 24 uur op 24 moest ik aandacht hebben voor mijn paard. In het begin ben ik heel veel verloren gelopen. Het kaartje dat ik had was zeer rudimentair. Maar verloren lopen heeft ook zijn charmes. Mijn mooiste ontdekking was de enorme gastvrijheid van mensen. Onderweg kwam ik alleen goeie en heel goeie mensen tegen. Echt waar, zo veel goeie mensen. Mijn paard deed natuurlijk veel deuren open. Iedereen was benieuwd naar die Don Quichotte met zijn paard. Een jong Marokkaanse gezin met een baby van twee maanden blijft in mijn geheugen gegrift. Ik mocht bij hen blijven eten en overnachten. Zo'n vriendelijke mensen! Ik werd er onthaald als god in Frankrijk. Ze gaven me ook nog een fles olijfolie mee voor onderweg."
"Te voet beleef je het leven in een heel ander tempo. Ik ben veel alleen geweest, maar nooit eenzaam. Pas na elf dagen kwam ik de eerste pelgrim tegen. Ik hou van de stilte en van de natuur. Drie keer had Kira schuurplekken van de last op haar rug. Ik stopte op de binnenkoer van een klooster. Dadelijk kwamen drie nonnen naar ons toe. Een paard in 't klooster, dat vonden ze de max. Ze schonken mij een deken van pure wol voor op de rug van mijn paard. Uiteindelijk heb ik toch de veearts moeten bellen voor antibiotica. Ik had schrik dat we zouden moeten terugkeren. Zelf heb ik ook malheuren gehad. Mijn scheenbeen geraakte ontstoken. Ik heb toen 10 dagen rust moeten nemen in een woonwagen. Platte rust was het niet, want ik heb toen voor die gastvrije man een nieuw plafond in zijn huis gestoken en zijn dak geïsoleerd."
"Na 800 kilometer moesten we allebei nieuwe schoenen hebben: een paar rubberen schoenen voor mijn paard en voor mij ook een paar nieuwe stapschoenen. Ik heb mijn 60ste verjaardag gevierd onderweg. Als bij toeval - maar toeval bestaat niet - werd mij die dag een luxe verblijf in mijn schoot geworpen. Ik overnachtte in een luxe huisje voor maar 17 € per nacht. Het geluk kwam als het ware naar me toe. Meermaals maakte ik dit mee: de juiste mensen op de juiste plaats tegenkomen. Ik begrijp niet hoe zoiets kan."
"Op 14 juli kwamen we aan in Compostela. Ik ben de kathedraal niet binnengegaan want ik ben helemaal niet religieus. Het pelgrimsoord heeft een hoog Lourdesgehalte, met al die kraampjes en de commerce er omheen. We zijn toen nog verder doorgetrokken tot in Finisterra, met zijn adembenemende zonsondergang aan de einder van de oceaan. Vroeger dacht men dat dit het einde van de wereld was. In elk geval: mijn wereld is door die tocht open gegaan. Ooit ga ik terug, maar dan heel alleen, zonder paard."