Iets na 20u mocht gemeenteraadsvoorzitter Stijn Mertens de raad openen, een gemeenteraad die niet alleen het afscheid zou zijn van meerdere aanwezigen, maar ook van hemzelf als voorzitter. Hij verwelkomde tevens de toekomstige raadsleden die in het publiek zaten, kwestie van hun toekomstige rol al wat beter te kunnen inschatten. Iets meer dan 30 agendapunten, slechts over een aantal viel er enige animo onder de oppositie te bespeuren.
Bij het eerste agendapunt, de goedkeuring van de notulen en het zittingsverslag van de vorige gemeenteraad, kwam er al direct een opmerking van
Rina Ven (Samen Vooruit) omtrent het dossier van Lommel SK en de wijze waarop de
opstalvergoeding werd berekend. Ze vroeg zich daarbij af of de vergoeding van zo'n 6.500 € voor een terrein, 8 voetbalvelden groot, wel correct en marktconform was. Er was immers geen schatting noch marktbevraging geweest, zij noemde het een onzorgvuldig dossier. De bevoegde schepen,
Dirk Vanderhoydonks, verklaarde ook niet tevreden te zijn met het verloop van dit dossier, het gaat weliswaar om een prachtig dossier waar er niets te verbergen valt, maar er was inderdaad te veel onduidelijk. Maar het schattingsverslag gaat komen en de zaak gaat worden doorgesproken met de fractievoorzitters.
De volgende 11 agendapunten werden unaniem goedgekeurd, met af en toe een blanco stem te wijten aan een haperende stemcomputer.
De gemeenteraad moest ook goedkeuring verlenen om ter hoogte van de Sportveldenstraat enkele voetgangersoversteekplaatsen (zebrapaden) te installeren. Sooi Van Limbergen (PVDA) had eerder de vraag gesteld of de nieuwe verkeerslichten zouden kunnen gekoppeld worden aan de lichten die aan het voetbalstadion staan, schepen Sophie Loots moest melden dat ze daaromtrent nog geen antwoord had gehad van Wegen en Verkeer.
Ook bij het agendapunt over de voorwaarden van de bankwaarborg voor aannemers bij werken aan het openbaar domein kwamen er opmerkingen van Sooi Van Limbergen. Sophie Loots lichtte eerst de aanpassing toe. Wanneer aannemers werken uitvoeren, dienen zij daarvoor een bankwaarborg te kunnen voorleggen. Die was eerst 'onwerkbaar' hoog, in die zin dat die de waarde van de werken à 120 % was. Bij de voorlopige oplevering kon daar 50 % van worden vrijgemaakt, 3 jaar later bij de definitieve oplevering verviel de rest. Dit werd herzien naar 85 % bij de voorlopige oplevering. Er werd nu toestemming gevraagd om de situatie voor de werken die nog in uitvoering zijn aan te passen naar de nieuwe regeling. Sooi Van Limbergen vroeg zich af wat nu het voordeel was voor de Lommelaar voor deze aanpassing, het voordeel voor de projectontwikkelaar zelf was hem overduidelijk. Schepen Loots repliceerde dat er voor de Lommelaar geen voor- of nadeel was, noch onder de vorige regeling, noch onder de huidige. Maar 'als we Lommel aantrekkelijk willen houden om zich te blijven ontwikkelen', moest deze wijziging worden doorgevoerd, aldus nog de schepen, hierin bijgestaan door burgemeester Nijs. (MF)