Mario Vanoppen kwam gisteren een merkwaardig insect tegen: een
schorpioenvlieg. Met zijn kop die net een snavel is met op het uiteinde kaakjes, de lange voelsprieten en het omhooggekrulde achterlijf lijkt dit beestje met een lengte van zo'n 30 mm een vervaarlijk monster.
Die naam 'schorpioenvlieg' is eigenlijk heel raar, want schorpioenvliegen hebben niets met vliegen te maken en nog minder met schorpioenen. Maar ze worden zo genoemd omdat het opgekrulde achterlijf van de mannetjes aan dat van een schorpioen doet denken. Die omgekrulde achterlijfspunt van de mannetjes is het geslachtsapparaat dat bij de paring gebruikt wordt. Hierbij biedt het mannetje het vrouwtje een prooi aan om haar gunstig te stemmen. Ook produceert hij smakelijke slijmballetjes, waarvoor het gros van de vrouwtjes valt.
Dit exemplaar blijkt een
vrouwtje te zijn, dus geen omhooggekruld achterlijf te zien. Helaas.