Wanneer iemand een stedenbouwkundige aanvraag doet in Lommel krijgt hij van het stadsbestuur meestal de vraag om "vrijwillig" en gratis een perceeltje grond af te staan aan de stad. De betrokkene gaat daar meestal op in, ook al om zijn aanvraag snel ingewilligd te zien. Het stadsbestuur hanteert in dit verband een onwettige praktijk, zegt CD&V-fractieleider Jan Bouly vandaag in een persmededeling. Vorig jaar werd de kaap van 75 gratis grondafstanden op vier jaar tijd gepasseerd.
Volgens Bouly heeft het stadsbestuur al in 2007 aangekondigd dat er iets aan het systeem zou worden gedaan. Maar er gebeurde niets. In de beleidsnota van december luidde het nog dat er dit jaar spelregels zouden komen, en volgens CD&V kunnen die niet langer uitblijven. In het gezaghebbende wetenschappelijke periodiek Tijdschrift voor Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw wordt immers gesteld dat “de praktijk van de gemeente om systematisch en gratis grondafstand te eisen voor een toekomstige uitbreiding van wegen (die op geen enkele wijze noodzakelijk worden door de aangevraagde werken) in strijd is met de Vlaamse en de Europese wetgeving."
De schijnbare willekeur inzake grondafstand wordt trouwens door de Lommelaar niet in dank afgenomen, stelt Bouly. "Niet in het minst omwille van de onzekerheid waartoe dit aanleiding geeft bij de uitvoering van het mobiliteitsplan. Dat heel wat straten daarbij betrokken zijn, is bekend. Zo dienden de bewoners van de Septakkers in november 2010 nog een gezamenlijk bezwaarschrift in waarin zij zich bekloegen over gratis grondafstand omdat de noodzaak van grondafstand niet bewezen is voor de aanleg van een openbare weg."