Het gemeentebestuur van Mol gaat in beroep tegen de stedenbouwkundige vergunning die de Vlaamse overheid verleent aan het windturbineproject van Ecopower. De schaalgrootte van de turbines – maar liefst 200 meter hoog én dus de hoogste van Vlaanderen – past niet in het open kleinschalige landschap, zegt de gemeente. Nergens in Vlaanderen staan al windturbines van deze hoogte. Gewone windturbines beperken zich tot een hoogte van 150 meter. Het gemeentebestuur verbaast zich ten zeerste over de enorme bocht die de Vlaamse overheid in het dossier maakt. Het dossier handelt over de bouw en exploitatie door Ecopower van acht windturbines in bossen van het SCK-CEN en Vito. Ecopower wil de turbines in twee rijen bouwen ten zuiden van het kanaal Bocholt-Herentals, tussen Sas VI en Sas VII.
Het gemeentebestuur gaf zowel voor de milieuvergunning als de stedenbouwkundige vergunning consequent een negatief advies. Het klopt dat deze zone in het Gemeentelijk Kaderplan Windturbines staat aangeduid als een potentiële locatie voor windturbines. Maar dit betekent evenwel niet dat elke aanvraag automatisch een positief advies krijgt, zegt de gemeente. Elk dossier moet inhoudelijk grondig worden onderzocht. En daar knelt voor deze aanvraag het schoentje. Gezien de grootschaligheid van de turbines moet er volgens het gemeentebestuur absoluut een uitgebreid Milieueffectenrapport worden opgemaakt. Alleen dan wordt duidelijk wat de impact is van deze bijzonder hoge turbines op mens en milieu.