Lommel krijgt een strategisch onderzoekscentrum voor de maakindustrie. Dat
heeft de Vlaamse Regering vandaag beslist. In dat centrum bundelen de
Vlaamse onderzoekscentra Flanders Mechatronic Technology Center, Flanders’ DRIVE
en Flanders Synergy samen met onderzoeksgroepen van de vijf Vlaamse
universiteiten hun krachten. "Het onderzoekscentrum moet de bedrijven in
de maakindustrie ondersteunen om hun internationale concurrentiepositie
te versterken en vernieuwend ondernemerschap in de maakindustrie
mogelijk te maken", aldus de Vlaamse regering. Tegen 2018 zullen meer dan 300 onderzoekers, vanuit de industrie en de
universiteiten, voltijds als een unieke onderzoeksgemeenschap
samenwerken aan een gemeenschappelijke industriële onderzoeksagenda.
De maakindustrie is de
motor van de welvaart in Vlaanderen. Ze biedt direct werk aan meer dan
200.000 mensen in 5.700 bedrijven, actief in onder meer de voertuig- en
de machinebouwindustrie alsook in andere hoogtechnologische
productieomgevingen. Gezien de impact van de sluiting van Ford Genk op
de Limburgse maakindustrie, is het van essentieel belang dat in het
Limburgplan voldoende aandacht gaat naar de maakindustrie. Het
hoofdkwartier van dit onderzoekscentrum komt dus in onze stad, met ook een
afdeling in Diepenbeek. Er is ook een specifieke werking voor de
Limburgse kmo’s voorzien met Limburg Makes It. Het onderzoekscentrum
heeft dan ook een groot belang voor de bredere reconversie van Limburg
tot een provincie met nieuwe bedrijven en toekomstgerichte
tewerkstelling.
Het nieuwe onderzoekscentrum zal nauw samenwerken
met een 100-tal Vlaamse topbedrijven aan vooruitstrevend technologisch
onderzoek op het gebied van mechatronica, productontwikkelingsmethoden en
geavanceerde productietechnologieën. Dit zal in eerste instantie
concrete toepassingen opleveren op het vlak van machines, voertuigen,
voertuigcomponenten en hoogtechnologische productiesystemen. Nadien zal
een brede groep bedrijven via de begeleiding van het onderzoekscentrum
de kans krijgen om de onderzoeksresultaten toe te passen en zo hun
concurrentiekracht te verhogen. Specifiek wordt er in Diepenbeek en Lommel geïnvesteerd in hoogtechnologische
onderzoeks- en demo infrastructuur. De bedrijven kunnen hun nieuwe
technologieën hier onder begeleiding van de toponderzoekers van het
onderzoekscentrum ontwikkelen en evalueren.
De Vlaamse overheid ondersteunt het centrum financieel, van bij de start
reeds met een basisfinanciering vanuit de Vlaamse Regering van € 8,4
miljoen per jaar, gecombineerd met eenmalige impulsen vanuit het
Limburgplan (3,5 miljoen euro), het Europees Fonds voor Regionale
Ontwikkeling (8 miljoen euro) en het interfederaal Pact voor
Competitiviteit en Werkgelegenheid (5 miljoen euro) voor de financiering
van industriegericht onderzoek.