Afgelopen dinsdag werd op de gemeenteraad het dossier omtrent de stationsomgeving toegelicht door schepen Walter Cremers. Hij benadrukte dat het huidig voorliggend plan tot stand kwam na consultatie van alle hogere overheden, de NMBS en anderen, en ook na een grote inspraak en participatie vanwege de bevolking, zowel via een hoorzitting, een wandeling als online. De uitvoering van het plan zal weliswaar niet voor morgen zijn, maar in samenspraak met projectontwikkelaars stapsgewijs gebeuren. Voor een groot deel van de nieuwe woongebieden hebben een tweetal projectpromotors interesse om een deel van de nieuwe plannen te realiseren.
De stationsomgeving valt op te delen in drie zones. Een zone ten noorden van het station gelegen op de rand van het duinenlandschap Meystbergen. Een tweede zone met daarin de stationsknoop. En een derde zone ten zuiden van de stationsknoop op de grens tussen de wijk Kattenbos. Alle drie de zones hebben een eigen karakter en vragen een andere ontwikkelingsstrategie. (Schetsen in volgorde onderaan)
Zone A: parkwonen in Meysterbergen.
Dit is de meest noordelijke zone van het stationsgebied. Ze grenst aan de noordzijde aan de Kliniekstraat en aan de oostzijde aan de Stationsstraat, een groot deel van de tuinen van de lintbebouwing aan de Stationsstraat, enkele onbebouwde gronden aan de Stationsstraat en in het duinenlandschap Meysterbergen. In deze zone is er plaats voor compacte kavels met ondergronds parkeren, 35 woningen per hectare (90 wooneenheden). De bouwhoogtes variëren hier tussen 2 en 5 bouwlagen. Er is ruimte voor zowel appartementen als grondgebonden woningen. Twintig procent zal hier sociaal woonaanbod moeten zijn, en 20 tot 40% bescheiden woonaanbod.
Zone B: de stationsknoop
Deze zone speelt een strategische rol in de ruimtelijke ontwikkelingen van Lommel op lange en korte termijn. Zowel in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan als in het beeldkwaliteitsplan wordt de stationsomgeving naar voren geschoven als ‘poort’ van de stad met een sterke focus op openbaar vervoer. Er wordt ingezet op een multimodale knoop met voldoende ruimte voor kwalitatieve ontwikkeling. Een maximale densiteit van 60 woningen per hectare is hier toegelaten, met 3 à 4 bouwlagen mét accenten van 7 bouwlagen. Tevens ondergronds parkeren.
Het station moet zijn rol als schakel tussen de stad en de omliggende open ruimte met hoge natuurwaarde ten volle nakomen. Samen met het afbakenen van de nodige reservaties voor het ontdubbelen van het spoor, de geplande komst van de Spartacus-lijn en de nodige verbindingen voor zwakke weggebruikers bundelt dit de voornaamste randvoorwaarden voor toekomstige ontwikkeling.
Er komt een nieuwe ondertunneling onder het spoor, ten westen van de huidige gelijkvloerse kruising. Zwakke weggebruikers kunnen gebruik maken van een afzonderlijke tunnel of een brug over het spoor.
Zone C
Die omvat  het meest zuidelijke deel van de stationsomgeving en bevindt zich in het stadsdeel Kattenbos. Het gebied wordt op dit moment vooral gekenmerkt door open productief grasland met een tweetal bomenrijen. Voor deze zone is een maximale dichtheid van 25 woningen per hectare vastgesteld, met maximaal 3 bouwlagen en een mix van appartementen en grondgebonden woningen voor verschillende doelgroepen (jonge gezinnen, alleenstaanden, ouderen/senioren, etc.). 30% van het woonaanbod wordt gerealiseerd met inspanningen voor een bijzondere doelgroep: bijvoorbeeld zorggericht wonen voor senioren (zorgwonen, kangoeroewonen, kleinschalige assistentiewoningen, enz.) of juist woningen met extra duurzaamheidsinspanningen (BEN-woningen, enz.).