Maandag 26 september 2011
Zelfs als een regering met volle bevoegdheid snel een beslissing kan nemen over de te volgen richting voor het langetermijnbeheer van radioactief afval van het type B en C, dan nog zal de werkelijke opslag pas kunnen plaatsvinden ten vroegste vanaf 2040, voor B-afval, en vanaf 2080, voor C-afval. Dat viel vandaag te horen op de kantoren van het Niras, waar een toelichting werd gegeven bij het afvalplan dat ook vandaag werd doorgegeven aan de voogdijministers. B-afval is voornamelijk afkomstig van de proefopwerkingsfabriek
Eurochemic en van onderzoeksactiviteiten, ontmanteling van kerncentrales
en productie van kernbrandstoffen. C-afval is hoogactief afval,
afkomstig van opwerking van commerciële bestraalde splijtstoffen.
C-afval kan in volume fors gereduceerd worden na opwerking.
Het Niras beveelt de regering aan te kiezen voor ondergrondse opslag in klei. Ze moet daarover een princiepsbeslissing nemen tegen uiterlijk 2015. Dan moet immers een eerste keer gerapporteerd worden aan Europa, dat de lidstaten die kernafval produceren voortaan oplegt om het ook adequaat op te slaan.
Ons land heeft dus vier jaar de tijd om zijn beheerprogramma voor B- en C-afval uit te werken, maar "dat is niet zo heel erg lang, als je weet dat er acht jaar zat tussen de princiepsbeslissing voor de opslag van afval van het type A (kortlevend afval) in 1998, en de beslissing in 2006 om dat kernafval te bergen in Dessel", waarschuwde
directeur-generaal Jean-Paul Minon van het Niras.
Het Niras voorspelt dat het ook voor B- en C-afval veel tijd zal vergen om een gekozen beheeroplossing te verfijnen, een maatschappelijk draagvlak te creëren, een locatie te selecteren, enzovoort. Tot zolang blijft het afval opgeborgen bij het afvalverwerkend bedrijf Belgoprocess in Dessel.
De langetermijnopslag van radioactief afval van het type B en C in ondergrondse kleilagen in ons land kost zo'n drie miljard euro. Concreet gaat het om het vraagstuk: hoe slaan we 11.000 m³ radioactief B-afval op, en 4.500 tot 6.000 m³ C-afval?