Het stadsbestuur van Lommel mag van de rechtbank van Hasselt geen reuzenboetes eisen van inwoners die te laat bouwen op een perceel van de stad. Dat blijkt uit een vonnis van 26 maart van de rechtbank van eerste aanleg, zo meldt de CD&V. Die fractie klaagde de reuzenboetes al in februari 2009 aan als onrechtvaardig en onwettig.
Het stadsbestuur liet gezinnen, die te laat bouwden, jarenlang betijen om hen daarna zonder verwittiging en met terugwerkende kracht een boete op te leggen die per jaar oploopt met 10 % van de koopsom van het bouwperceel. Aankoopdossiers die 10 jaar en ouder waren, werden plots van onder het stof gehaald om, aldus de fractie, een financiële hold-up te plegen, bv. wanneer de betrokkene een bouwaanvraag deed.
Het stadsbestuur had echter geen oren naar het protest van CD&V en daagde diegenen die niet vrijwillig betaalden voor de rechtbank. Die wees nu de eis tot betaling van 27.268,29 euro (+ 1.500 euro intresten) tegen één van de kopers af. Zij vindt dat de stad de betrokkene had moeten verwittigen. De plicht tot ingebrekestelling staat immers in het contract en ook de algemene rechtsbeginselen verplichten het stadsbestuur daartoe. Anders oordelen betekent, aldus nog de rechtbank, dat het stadsbestuur er belang bij zou hebben haar inwoners laattijdig te verwittigen om zo de boete te doen oplopen. En dat is in strijd met de goede trouw, besluit de rechtbank. Vervolgens kent de rechtbank ‘naar billijkheid’ een beperkte schadevergoeding toe van 3.000 euro (i.p.v. 27.268,29 euro). Daarmee schaart de rechtbank zich eigenlijk achter het voorstel dat CD&V al in 2009 deed, nl. een correcte opvolging van de verkoopcontracten, met tijdige verwittiging, zodat de inwoners van Lommel weten dat zij kans lopen om beboet te worden. Op die manier wordt tijdig gebouwd en worden sociale drama’s vermeden. Het zou trouwens onaanvaardbaar zijn dat het stadsbestuur zichzelf beloont voor slechte opvolging van dossiers en zich aldus slapend verrijkt, zo stelt de CD&V-fractie.
De burgemeester had destijds ook gezegd dat de betrokkene zich zou hebben bezondigd aan speculatieve doorverkoop of verhuring. Maar de rechtbank veegde dit argument van tafel omdat de man in kwestie uiteindelijk wel degelijk bouwde.
De CD&V-fractie gaat de zaak aankaarten op de eerstvolgende gemeenteraad. CD&V wil dat het stadsbestuur het vonnis aanvaardt. De fractie vindt het ook niet meer dan billijk "dat diegenen die gezwicht zijn onder de druk van het stadsbestuur terugbetaling verkrijgen van onrechtmatig geïnde boetes."
Niet geheel terzijde: in het verleden bouwden drie Lommelse vennootschappen ook laattijdig op gronden aan het Adelbergpark die zij kochten van de stad. Het sp.a-stadsbestuur hielp de vennootschappen toen via kunstgrepen ontsnappen aan de geldboetes, waarop de gouverneur de tussenkomst van het stadsbestuur schorste en de rechtbank van Hasselt het stadsbestuur veroordeelde tot een schadevergoeding van 100.000 euro (vonnis van 6.10.1999) wegens onbehoorlijk bestuur. Van twee maten en twee gewichten gesproken, aldus CD&V.