Neerpelt
Afgelopen zaterdag stonden de zenuwen van
de Sappige Trappers al van in de vroege morgen gespannen. Dit zou de rit van de waarheid worden voor sommigen: een lange etappe, de Reschenpass en voor sommigen zou de Stelvio de ultieme uitdaging worden. Al vroeg werd er ontbeten om alles toch maar op een redelijk uur te kunnen voltooien. De aanloop was vrij rustig. Een beetje klimmen een beetje dalen terwijl we toch constant op een hoger niveau kwamen. De temperatuur was, gelukkig, dit keer doenbaar. Af en toe een zonnetje, zonder extreem warm te zijn. Na verloop van tijd dook de eerste echte hindernis op: de Reschenpass. We kregen aan de voet zelfs een Zwitserse douane zo ver om een groepsfoto te maken en vanaf dan ging de weg alleen maar de hoogte in. Iedereen, behalve klimgeit Jos, deed de klim op een rustig tempo, wetende dat er nog veel zou volgen. Na het eten reden we naar het meer van Reschen. Hier ontmoetten we een oude bekende: Hilde. Twee jaar geleden hebben we haar leren kennen in het hotel waar we toen logeerden. Hilde is een jongedame, van Antwerpse afkomst, die nu daar in de streek een wijngaard heeft (de hoogst gelegen wijngaard van Europa). Het weerzien was hartelijk en we zijn samen naar het huis van haar ouders gereden waar de wijn op vaten aan het rijpen was. Na een korte uitleg, reden we, samen met Hilde, richting Stelvio. Ook voor haar was dit een meer dan speciale dag. Ze had de Stelvio voor de laatste keer opgereden in 2011. Vlak daarna was er bij haar een hersentumor vastgesteld. Ze had zich toen voorgenomen om opnieuw die monsterbeklimming te doen vanaf het moment dat ze die verschrikkelijke ziekte had overwonnen. Vandaag was het zover. Ze zou de beklimming doen met dezelfde fiets als toen en ze had sindsdien niet meer op die fiets gezeten. Aan de voet van de Stelvio besloten Guido en Luc (die trouwens deze week al meer liters zweet heeft gelaten dan de voorbije 20 jaar) om samen met Jos en Harry omhoog te rijden. Onder aan de voet was het ongeveer 30 graden. Zoals verwacht stond er op Jos (als die een berg ziet, denkt hij dat hij in Bobbejaanland is) geen maat en hij schoot er als een pijl vandoor vanaf de voet. De rest volgde op eigen tempo. Jos kwam dan ook ongeveer 15 minuten voor Harry boven. Luc en Guido lieten nog even op zich wachten, maar alle vier hebben ze een prachtprestatie geleverd. Je moet het maar doen. Na eerst 150 km gereden te hebben (geen meter vlak!!!) en dan nog aan de Stelvio beginnen. De kopman was dan ook meer dan trots op zijn mederenners!
Maar al bij al werd dé topprestatie van de dag niet door één van deze 4 sappige trappers geleverd. Het was onze ‘mistery-rijdster’, Hilde, die voor tekende. Om 17u was ze aan haar klim begonnen en om 21u15 haalde ze uiteindelijk de top. Ondertussen was er echt noodweer uitgebroken op de flanken van de Stilfersjoch, zoals de Stelvio daar genoemd wordt. Als je weet dat ze zoveel jaar niet meer gefietst heeft, en dat ze zo ziek is geweest, verdient deze prestatie dan ook ons grootste respect. Jammer genoeg konden de Sappige Trappers boven niet blijven wachten. Het was daar veel te koud, en van beneden kregen ze de melding dat er onweer op komst was. De afdaling werd dan ook voorzichtig ingezet. Guido was een verstandige en voorzichtige gids en met een beetje geluk slaagde het viertal er in om net voor het echte noodweer naar onder te rijden. Aan de voet werd besloten om zo snel mogelijk naar het hotel te rijden. Het onweer had hen intussen ingehaald en dankzij een hevige rugwind, vlogen de mannen richting Silandro. Om 21u15 kwamen 6 uitgeregende, uitgeputte en uitgehongerde Sappige Trappers in hun hotel aan. (RvR)