Peltenaar Manu Alders heeft acht jaar gewerkt aan een ambitieus project: een tweedelig historisch werk over de Tweede Wereldoorlog in Zuidoost-Azië. Deel 1 verscheen op 6 juni, deel 2 volgt naar verwachting op 12 december, en kan vanaf 28 november in pre-order besteld worden. Gisteren troffen we Manu tijdens een korte tussenstop tussen Thailand en Mexico, waar hij uitlegt waarom zijn fascinatie voor oorlogsgeschiedenis uiteindelijk uitmondde in dit uitzonderlijke boekproject.
Van soldaatjes op de kermis tot oorlogshistoricus
Manu Alders studeerde helemaal geen geschiedenis, maar management, toerisme en recreatie. “Maar als kind was ik al bezeten door alles wat met oorlog te maken had,” vertelt hij. Oorlogsfilms, plastic soldaatjes op de kermis, boeken… “Ik had er een kast vol van. Het onderwerp is niet fijn, maar wél ontzettend interessant.”
Zijn latere werk bracht hem in 1995 naar Thailand. Daar werd hij geconfronteerd met het bekendste oorlogsverhaal van het land: de Brug over de River Kwai. “Iedereen kent die film, maar de werkelijkheid was veel uitgebreider. Hoe meer ik ontdekte, hoe duidelijker het werd dat er over Zuidoost-Azië amper iets in het Nederlands geschreven is.”
Het beslissende duwtje in Birma
Acht jaar geleden, op Mount Popa in Myanmar, kreeg hij van een reiziger de opmerking: “Waarom schrijf je daar geen boek over?” Dat was het startschot. “Er was een lacune en ik wilde dat verhaal brengen.”
Japanse monografieën als sleutelbron
Bij zijn onderzoek botste Alders op een schat aan informatie: de Japanse monografieën, gedetailleerde militaire verslagen die de geallieerden na de oorlog in beslag namen en lieten vertalen. “Ze zijn nu zelfs online beschikbaar, maar je moet oppassen,” waarschuwt hij. “Sommige Japanse officieren bliezen hun rapporten bewust op. Gelukkig kreeg ik hulp van onder meer de Britse marine, het Imperial War Museum en de Tokyo University of Foreign Studies.”
Alders vergelijkt constant verschillende bronnen: “Hoe meer je zoekt, hoe meer tegenstrijdigheden. Daarom raadpleeg ik bijna nooit één enkele bron.”
China: een onderschatte speler
Opvallend: Alders benadrukt ook de rol van China. “China vocht al vanaf 1937 grootschalig tegen Japan. Hun bijdrage is enorm onderschat. Ik vind het vreemd dat Frankrijk bij de ‘overwinnaars’ staat, maar China niet.”
Weinig oorlogserfgoed ter plaatse
Opvallend is dat Zuidoost-Azië nauwelijks de wereldoorlog herdenkt zoals wij dat hier kennen. “Oorlogstoerisme zoals in Ieper? Dat bestaat daar niet. In veel landen leeft het verleden gewoon niet. Het interesseert de mensen weinig. Soms vind je een plakkaatje of een verlaten bunker, maar dat is het dan.” De reden? "Ze kijken liever naar de toekomst dan naar het verleden". Dat maakt zijn werk moeilijker: “Musea zijn er amper, documentatie is schaars, en veel info vind je alleen door door te vragen bij lokale bewoners.”
Twee delen
Uitgeverijen toonden aanvankelijk weinig interesse: het onderwerp was ‘te niche’. “Ze raadden aan om het in het Engels te schrijven, maar dát was net niet de bedoeling. Ik wilde een degelijk Nederlandstalig werk maken, omdat het simpelweg niet bestaat.”
Door de omvang moest het in twee delen worden gesplitst. “Maar ik had schrik dat deel 2 er nooit zou komen. Gelukkig verkocht deel 1 snel genoeg, en dus kwam deel 2 er al snel aan.”
De eerste lezers zijn vooral familie, vrienden en reizigers die met hem op pad gingen. Alders werkt voor de niche reisorganisatie Anders dan Anders, waarbij hij rondreizen begeleidt in o.a. Thailand, Australië, China en Mexico. “Tijdens lange ritten laat ik mijn boek al eens rondgaan in de bus,” lacht hij. “In China zat er zelfs iemand die het al gekocht had.”
Lezing in De Stroming
Wie Manu Alders live zijn verhaal wil horen vertellen, kan terecht bij zijn lezing op
16 december om 19.30 uur in De Stroming.
Het boek van Manu Alders is verkrijgbaar bij
Boekscout.
Marc Faes