“Wij gaan naar Brussel allemaal, wij gaan...” Op de eerste donderdag van oktober trok
Neos-Pelt met 47 leden per bus naar onze hoofdstad. Zoals gemakkelijk te voorspellen geraakte de arme bus niet zonder gevoelige vertraging op haar bestemming. Niet gezeurd, rond 11u45 konden we de bus verlaten om onder begeleiding van een ervaren gids te voet een stukje Brussel met de historische achtergronden te verkennen. Na de lunch begon de groep, onder leiding van een ter zake zeer goed beslagen vrijmetselaarsgids, aan een bezoek van de “tempel” en het museum van de loge. Gedurende meer dan twee en een half uur werden we geïnformeerd over de geschiedenis, de organisatie en de werking van deze instelling die zoals algemeen bekend de naam heeft zich nogal te hullen in stilzwijgen. Het moet gezegd dat dit bezoek bij velen van de aanwezigen toch heel wat verduidelijkte en heel wat verkeerde opvattingen deed verdwijnen. Volgens de gids is het doel van de loge in enkele woorden samen te vatten, t.t.z. een gedachtegoed uitdragen dat, zonder dogma’s, mensen (oorspronkelijk alleen mannen) verenigt die zichzelf en de maatschappij proberen te verbeteren. Ook de verhouding tot de religie is per land verschillend en bij hen veel minder belangrijk dan algemeen aangenomen. De symboliek, met vooral symbolen uit de bouwactiviteit, heeft niet steeds de betekenis die door ons algemeen bekend is. Traditie speelt er wel een belangrijke rol. Ook kregen we de indruk dat de laatste jaren de openheid naar de maatschappij fel vergroot is. Er werd op gewezen dat de loge ook bepaalde maatschappelijke projecten steunt maar anders te werk gaat dan bijvoorbeeld serviceclubs. Ook over het ontstaan van deze instelling hadden velen een heel andere opvatting. De gids benadrukte dat het ontstaan van de loge niets te maken heeft met de bouw van de kathedralen in de middeleeuwen.
Als laatste onderdeel van het Brussel-bezoek had een geleide tocht plaats doorheen de lokalen van het befaamde opera- en danstheater De Munt. We leerden hier het verschil in behandeling kennen tussen de “gewone mensen” en de beter gesitueerden in het Brussel van de negentiende eeuw. Ook kregen we allerlei informatie over september 1830 en de opvoering van “De Stomme van Portici”, de voorstelling die een belangrijke wijziging meebracht aan de gemeenschappelijke geschiedenis van de “Lage Landen bij de Zee”. We kregen toegang tot allerlei lokalen van deze instelling, kregen hierover informatie en konden een blik werpen op de werking achter de schermen. De totale groep vond het meer dan de moeite waard.
Terwijl de reizigers onderweg genoten van een “poetzekske” met sandwiches en een koek, bracht de buschauffeur iedereen op het afgesproken uur veilig weer thuis. We hadden weer veel gezien, gehoord en geleerd!
(François Geunes)