Deze namiddag om 14u wordt in CC Palethe de overzichtstentoonstelling
"Textielkunst 2016 X9 Tegendraads Textiel" geopend. Een uur later openen Dommelhof en de gemeentelijke bibliotheek in Neerpelt hun deuren voor het publiek in het kader van diezelfde tentoonstelling, die dus
op drie locaties loopt, met telkens andere kunstenaars. Getoond worden werken van
negen kunstenaars: Naomi Kerkhove, Anita Evenepoel, Elif Korkmaz, Isabel Tesfazghi, Geertje Indeherberg, Walter Daems, Hélène De Ridder, An Lanckman en Kristien Laermans. De ‘negen’ geven een overzicht van wat textielkunst de dag van vandaag betekent.
We staan er in tijden van Primark, Zeeman en Zalando niet meer bij stil, maar textiel voert de mens terug naar zijn wortels: het was een basisbehoefte van het eerste uur. En opvallend: al heel snel, ook in de oudste culturen, vond de primitieve mens het nodig om zijn weefsels te versieren en te verfraaien. Net als bij andere ambachten uit de oertijd, zoals het pottenbakken, deed ook hier de esthetica meteen haar intrede. Nuttige dingen werden ‘mooi gemaakt’. Het is vreemd dat het medium er zolang over heeft gedaan om zich tot een volwaardige en onafhankelijke kunstvorm te ontwikkelen. Er is natuurlijk de schitterende productie van wandtapijten geweest, waarvan we de beste exemplaren zonder meer ‘textielschilderijen’ kunnen noemen. Maar het wandtapijt heeft om diverse redenen de achttiende eeuw niet overleefd, en in de moderne kunst is het op een onopvallend zijspoor geraakt.
Heeft een vorm van erfelijke belasting bij dit alles een vertragende rol gespeeld? Het denigrerende etiket ‘toegepaste vrouwenkunst’ is wellicht al te lang aan textielkunst blijven kleven. Toch is een ding zeker: aan belangstelling vanwege de traditionele media, met name vanwege de schilderkunst, heeft het nooit ontbroken. Schilders uit heden en verleden hebben zich met inzet van al hun vaardigheden over textiel gebogen, als onderwerp dan wel: de gewaden van Rubens en Gustav Klimt, de tafelkleden van Rembrandt en van Bonnard, de jurken van Ingres en van Rik Wouters, de hoed van de Vrolijke Drinker (Frans Hals) en van Henriëtte (Henri Evenepoel), ze zijn vaak indrukwekkender dan de portretten van de personages die erbij staan of erin gehuld zijn.
Verduldig
De redenen waarom schilders textiel door de eeuwen heen zoveel aandacht hebben gegeven en zo prominent in hun werk hebben opgenomen laten zich makkelijk raden. Het zijn uiteraard dezelfde als die waarom textielkunstenaars het materiaal vandaag zo koesteren: het is rijk en veelzijdig, tactiel en verduldig. Het laat de kunstenaar de vrijheid die hij/zij zoekt. Het maakt lijnvoering, vlak- en reliëfwerk mogelijk, figuratie en abstractie, realisme en fantasie, poëzie en schok. Er kan mee getekend, geboetseerd, gebeeldhouwd en gebouwd worden.
Die variatie vinden we terug in de artistieke productie van de negen kunstenaars die deelnemen aan deze tentoonstelling. Hun geselecteerde werk vormt een representatieve staalkaart van wat hedendaagse textielkunst (en bij uitbreiding hedendaagse kunst ) kan inhouden. Ze schuwen geen van allen het experiment. Ze nemen het begrip textiel in zijn ruimste betekenis en dagen het materiaal zelf uit: ze snijden, branden, plooien, printen, filmen en sculpteren. Nieuwe technologieën worden met grote vanzelfsprekendheid aangewend. Het resultaat is telkens weer impressionant en verrassend.