Overpelt
Pier Dijkmans (foto) is een van de molenaars die op zaterdag de
Bemvoortse Molen in orde houden. Enkele jaren geleden maalde hij zelf nog graan. Nu hij 58 jaar is geworden, begint hij aan zijn pensioen te denken. Maar hij zal zijn hobby als vrijwilliger-molenaar en het sociale contact met de bezoekers van de molen voortzetten.
'In de jaren dat ik hier werk heb ik de laatste echte molenaar van de Bemvoortse Molen nog gekend. Herman Leijsen heeft ons helaas enkele weken geleden moeten verlaten. Hij was net geen 95 geworden. Ik weet nog goed dat hij zo sluw als een vos was. Vroeger bestonden er zakken meel van 50 kilogram. Herman verdeelde het gewicht over twee zakken van 27 en 23 kilogram. Als een klant 25 kilogram vroeg, zei Herman altijd dat het iets meer kon zijn. Dan nam hij natuurlijk de zak van 23 kilogram,' vertelt Pier. "Hij vroeg me ook vaak hoeveel een kilo boekweit kostte. Als de prijs twee euro bedroeg, maakte hij er 3 euro van. Hij had ook nooit kleingeld op zak..."
Pier heeft al een hele weg afgelegd vooraleer hij in de Bemvoortse Molen terecht kwam als molenaar. Hij heeft niet meer verder gestudeerd na zijn middelbare school. 'Vroeger was het de gewoonte om na de middelbare school meteen te gaan werken. Ik ben nu pas 58 jaar geworden en ben nog altijd aan het werk.
Wie niet steelt of erft zal werken tot hij sterft''. Hij groeide op in het Lindel, waar hij samen met zijn ouders en broer en zus op een boerderij woonde.
Mia Schildermans heeft als kind veel tijd doorgebracht met de zus van Pier. 'Pier woonde bij mij in de buurt. Ik ken hem al van kleins af aan. Als ik bij hem thuis in het huishouden ging helpen, draaide zijn moeder krulspelden in mijn haar.'
Op twintigjarige leeftijd reisde Pier rond de wereld op een cargoschip. Hij werkte gedurende zeven jaar als machinist. Een reis op zee duurde gemiddeld tussen de acht en negen maanden. 'Ik was vanaf het eerste moment dat ik een voet zette op een schip zeeziek. Dat gevoel is bij mij nooit meer weggegaan', lacht Pier. Na die zeeperiode werkte hij even in de zinkfabriek van Overpelt. Tegenwoordig werkt hij bij netbedrijf Infrax dat binnenkort zijn naam verandert in Fluvius.
In het weekend kan je hem vinden in het Molenmuseum of in de Bemvoortse Molen. Hij beoefent zijn hobby als molenaar sinds tien jaar. Tijdens een zaterdagochtend komen er gemiddeld zeven mensen in de molen kijken. Pier wisselt nieuwtjes uit met de bezoekers en ze lachen samen om een mop in dialect. 'Algemeen Beschaafd Nederlands is niets voor mij. Geef mij maar het platte Overpelts dialect.' Hij geeft uitleg over de soorten granen zoals boekweit en spelt die in de molen worden opgeslagen. Zo komt Kelly Franssen binnen, ze kent Pier van in de buurt. 'Hij heeft een unieke uitstraling zoals een lange baard die opvalt. Hij is heel sociaal tegenover anderen. Hij heeft altijd wel iets te vertellen.'
Tijdens een vernieuwing van de molen kwam Pier met zijn wijsvinger tussen twee stalen wielen terecht. Je ziet er bijna niets meer van, maar Pier is er ook niet mee naar de dokter geweest. 'Het is zoals het is. De wereld staat niet plots voor jou stil.
' (Tekst en foto: Mine Swusten)