Werknemers van Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) waren gisteren
in het wachtbekken tussen Herent en Heserke (foto) bezig met het nakijken van peilbuizen die daar begin januari werden geplaatst om zicht te krijgen op de grondwaterstanden.
Dat gebeurde op vraag van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). In januari werd er ook een
veenkartering uitgevoerd.
Het wachtbekken - een
gecontroleerd overstromingsgebied (GOG) - werd 30 jaar geleden in de vallei van de Dommel ter hoogte van Pelt aangelegd om de stroomafwaarts gelegen bewoning te beschermen tegen wateroverlast. Met behulp van dijken en in- en uitlaatstuwen kan er nu in dit gebied water geborgen worden. Hiermee beperken we de kans op overstromingsschade afwaarts in het centrum van Pelt, zeggen ze bij de VMM.
Interessant is dat er op de Belgische Bodemkaart, die werd opgemaakt in de jaren 1950-1970, langs de Oude Dommel binnen het GOG
een zone als veen werd ingetekend. Zo’n veenlaag vormt zich enkel in constant natte omstandigheden. Het veen fungeert als een natuurlijke spons en slaat heel wat koolstof op in de bodem. Wanneer een veenlaag echter droogvalt, verteert ze en
komt er CO2 vrij in de lucht. Het is daarom belangrijk om weten of er binnen het GOG nog veen aanwezig is en wat er gedaan kan worden om dat te behouden.
De focus op vlak van waterhuishouding lag tot nu toe vooral op
het kunnen bergen van een teveel aan water; dat was de aanloop naar de aanleg van het wachtbekken. Maar de voorbije jaren werden we in Vlaanderen geconfronteerd met langere periodes van droogte, zegt de VMM. Het werd duidelijk dat er ook maatregelen genomen moeten worden
om een tekort aan water te voorkomen. De VMM wil daarom als eigenaar van de gronden binnen het GOG bekijken of er ook meer ingezet kan worden op
het ter plaatse vasthouden van water om het gebied klimaatbestendiger te maken. Dat was de reden voor het onderzoek naar de dikte van de veenlaag. Op basis van de resultaten zal de VMM bekijken welke aanpassingen in het gebied wenselijk en haalbaar zijn.