De
oproep van de industrieel-archeologische verenigingen uit Vlaanderen en Nederland om de Beringse kolenwasserij te redden voor de sloop, lokt verschillende verontwaardigde reacties uit op sociale media.
Koen Nulens, directeur van be-Mine nuanceert het bericht.
"Enkel
kolenwasserij 3 is vandaag voorwerp van een ontheffingsprocedure. Deze heeft een footprint van 845 m² ten opzichte van een totaal van 34.000 m² voor het geheel der gebouwen op de site. Het belangrijk te vermelden dat hier een heel denkproces aan vooraf gegaan is.
Bij de gunning van het PPS project be-MINE in 2009 was er in het globale restauratieplan voor de site reeds een akkoord met erfgoed om kolenwasserij 1, de zifterijen 2 en 3, en de lading van kolenwasserij 2 te slopen. Daarbovenop werd er in het kader van het Salk beslist om
kolenwasserij 3 en 4 in te pakken, dus niet te restaureren en dus ook niet toegankelijk te maken voor het publiek", vertelt Koen Nulens.
Hierdoor zou enkel kolenwasserij 2 een herbestemming krijgen. Deels om budgetaire redenen deels omwille van de valorisatie van het erfgoed, werd eind 2015 een meerjarenovereenkomst met het Vlaams Gewest en stad Beringen gesloten welke er in bestond om te gaan voor een
declassering en sloop van kolenwasserij 3 maar dan wel tegelijkertijd om de lading van kolenwasserij 2 te behouden en tevens kolenwasserij 4 te restaureren in plaats van in te pakken omwille van zijn beeldbepalend karakter.
"Hierdoor worden dus
2 van de 4 kolenwasserijen gerestaureerd. Kolenwasserij 2 zal onderdeel worden van het Mijnbelevingstraject en voor kolenwasserij 4 kan be-MINE op zoek gaan naar een herbestemming hetgeen niet zou gekund hebben wanneer we deze zouden gaan inpakken.
Onafhankelijk van de discussie over de sloop of niet van kolenwasserij 3, wordt er op de be-MINE een nooit geziene upgrade van industrieel erfgoed gerealiseerd en dat kan niet zonder keuzes te maken", besluit Koen Nulens.
In totaal wordt er op de mijnsite van Beringen voor
45 miljoen aan restauratiewerken aan de beschermde monumenten uitgevoerd en daar bovenop nog eens voor 49 miljoen aan herbestemmingswerken in en rond deze gebouwen. De restauratiepremies die het Vlaams Gewest, de provincie Limburg en stad Beringen hiervoor ter beschikking stellen bedragen 32 miljoen euro.