Ik zat al enkele dagen mijn schrijfgeest te pijnigen zonder dat ik op een idee stuitte dat bruikbaar kon zijn voor een nieuw cursiefje. Ik schuimde nieuwsmedia af, ploos de krant uit maar er was niets naar mijn goesting om achter mijn toetsenbord te gaan zitten. Zo kwam ik in mijn hoofd oud-president Obama tegen die ons land bezoekt maar ik dacht, als hij me niet echt wil ontmoeten, dan hoeft het niet meer. Dan schrijf ik er geen letter over. Mijn schrijfgedachten brachten mij wel naar het wielerfront want de lenteklassieker Milaan-San Remo moest nog gereden worden. Ik nam een afwachtende houding want je weet immers nooit hoe het wiel van een wielerfiets zal draaien. Met twee wielerpetjes van Jasper Philipsen in mijn bezit, ik ben lid van zijn fanclub, stond de crack uit Ham voor mij al op de denkbeeldige hoogste podiumplaats. Zelfs als fervent supporter is dat een gewaagde gedachte al moet je wel vertrouwen hebben in het talent van de spierbundel op twee wielen. Jasper won en ik gooide net als hij mijn armen enthousiast in de lucht. We kunnen er niet omheen om in elk persartikel de bijnaam ‘Vlam van Ham’ te gebruiken. Die vlam brandt nu heviger dan ooit al heeft men met onnoemelijk veel liters bier de vlam proberen te doven. Dat leiden wij af uit de whatsapp-berichten die een enorme Jasper-fan aan de wereld schreef. Het eerste bericht luidde “Ich zen nog ant vieren.” Enkele pinten later was de boodschap al wat wankeler: ”Just thuis, nie gemakkelijk, men kar hangt un bikke schief.” Het gaat hier duidelijk om een wieler- en Jasper-fan met poëtische beeldspraaktalenten. Ik kan het niet beter verwoorden om het Hamse volksfeest te beschrijven. Die supportersviering moet! Het is een probaat middel om de verzuring in onze maatschappij tegen te gaan. Hopelijk brandt de vlam nog vaak, dat is zalig voor Ham en omstreken.
(Martin Vanierschot)