Beste Neerpeltenaar
Ik weet niet of het al tot bij u is geraakt, maar er is een filmpje opgedoken waar u best even naar kijkt. In uw eigen belang als inwoner van de nieuwe fusiegemeente Pelt. Ik heb niet de gewoonte me te bemoeien met andere huishoudens, maar in dit geval voel ik me verplicht om het u te melden.
Laat me de setting van het filmpje even schetsen. We zien twee jongemannen die in de weer zijn met borden. Straatnaamborden om precies te zijn. Dat kan je ook afleiden uit de titel van het filmpje. “Oude straatnaamborden van Overpelt en Neerpelt worden geveild.” Voor het goede doel zo blijkt, wat natuurlijk bewonderenswaardig is, maar daar gaat het hier niet over.
De twee jongemannen hooien in de bak met straatnaamborden. Het zijn er allemaal van Overpelt. Daar doen ze heerlijk nostalgisch over. Wat me doet vermoeden dat de twee heren van die gemeente afkomstig zijn. Ze mijmeren zelfs even over het oude logo van de gemeente. En dan moet u goed opletten, want plots zegt één van de jongemannen het volgende: “Dit zijn de borden van Pelt.” Niet Overpelt, maar Pelt. Ik herinner me inderdaad dat onze pa en opa (eigenlijk de hele familie) vroeger naar Pelt fabriek gingen om er te werken. En de voetbalclub tegenover Pelt fabriek had dezelfde naam. Niemand sprak van Overpelt. Het was altijd Pelt. Dat de fusiegemeente diezelfde naam kreeg, zou nefaste gevolgen voor de inwoners van Neerpelt hebben, zo werd bij de start van de fusie al geopperd. Niet onterecht, want het blijkt ook uit dit filmpje.
Want plots zegt de jongeman tussen neus en lippen het volgende: “Oh ja, daar liggen die van Neerpelt”, waarbij hij achteloos naar een oude verroeste bak wijst waarin jullie oude straatnaambordjes zijn gekieperd. Alsof het afval is. “Die van Neerpelt”, herhaal ik even. Nu wordt het nog gezegd over straatnaambordjes die in een verdomhoekje liggen, maar de volgende stap is natuurlijk dat de inwoners van Neerpelt worden aangeduid als “die van Neerpelt”.
Nu hoort u me niet zeggen dat het gemakkelijk is, bij de start van een nieuw samengesteld gezin. Maar zo begin je er toch niet aan? Je zet de gezinsleden toch willekeurig aan tafel, zodat ze elkaar goed leren kennen. De straatnaambordjes hadden voor de opname toch gemakkelijk door elkaar gehusseld kunnen worden. Dat dit niet gebeurd is, duidt op ernstige vooringenomenheid als u het mij vraagt.
Maar dan moet het strafste nog komen. Op het einde van de opname duikt er plots een partytafel op. Gemaakt van een gemeentebord. Mooi gefabriceerd, daar niet van, maar van welke gemeente is het denkt u? Inderdaad, het is een bord van Overpelt. Er verschijnen zelfs frisse pintjes ten tonele, waarna de twee jongemannen klinken. Op Overpelt, laat daar geen twijfel over bestaan.
Maar kijk, voor alles is er een oplossing. En die is heel eenvoudig, beste inwoners van Neerpelt. Het beste wat u kan doen is asiel aanvragen in Lommel. Sommigen, zeker de mensen van Overpelt, zullen zeggen dat ik overdrijf, maar ik heb het opgezocht in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. In de preambule, de inleidende tekst, wordt duidelijk gesproken over ‘onderdrukking’. Een groep mensen in de hoek zetten en ze achteloos aanduiden als ‘die van Neerpelt’ wordt door de Verenigde Naties ongetwijfeld in aanmerking genomen om een asieldossier op te starten.
Wij voorzien natuurlijk taallessen, zodat u het Lommels snel onder de knie hebt. Ik heb al even bij de uitbaters gepolst en de mogelijkheid bestaat om die lessen in onze fraaie volkscafés te organiseren. Op die manier maakt u meteen kennis met de gezellige Lommelaars. Het jammere is dat we er een mooie zomer op hebben zitten en die hebt u gemist. Maar er staat nog een groot evenement voor de deur. Een gebeurtenis waarvoor alle Lommelaren naar buiten komen. Ik heb het over Lommel kermis. Een uitgelezen moment om al even kennis te maken met uw nieuwe stad. Als u me ergens tegenkomt, zwaai dan gerust, dan trakteer ik u meteen op een aantal Lommelse woorden.
En weet u wat echt mooi is? Dat u binnenkort uw oude fusiegemeentegenoten kan aanduiden als ‘die Luiksen’. Het zal u goed doen.
Vriendelijke groeten
Rudi LAVREYSEN