In sommige gezinnen rust een vloek op het woord 'shit'. Het mag onder geen beding worden uitgesproken. Maar ze gebruiken wel een alternatief. In plaats van 'shit' zeggen ze 'chips'. Joligheid alom.
Zelf kan ik op tijd en stond genieten van een gezonde krachtterm. Want vindt u ook niet dat het vloeken in een verdomhoekje is geraakt? Ik hoor vader nog altijd
'miljaarde miljaarde miljaarde verdoeme' roepen als het net begon te regenen terwijl hij in de tuin wou werken. En dan was hij niet eens in
form.
In de bioscoop had ik onlangs zin om vaders gevloek te kopiëren. Een eenvoudige 'chips' had niet geholpen. Al lagen die tot krakende schijfjes vermaakte aardappelen wel aan de basis van mijn behoefte tot vloeken.
We hadden een ticket voor de film ‘Wonka’ gekocht, naar het personage uit ‘Charlie and the Chocolate Factory’. Ik ben geen musicalfan en ik heb een grote angst voor chips-eters in mijn onmiddellijke omgeving. Maar ik ben wel fan van Roald Dahl, dus ik liet me overhalen.
Het werd nog erger dan gevreesd.
Voor ons nam een mama met haar zoon en dochter plaats. De zoon had zo’n grote berg snoep vast dat hij niet meer zag waar hij liep. Hij botste tegen de zetels omhoog.
“Als ik eenmaal begin te vreten, kan ik niet meer ophouden”, zei de mama. Echt waar, ze gebruikte het woord ‘
vreten’. Er bleek geen woord van gelogen te zijn.
Er ontstond een slechte symfonie van chips- en popcorneters. Af en toe dacht ik dat ze al etend meededen met de muziek van de film. Ik kon mijn gedachten niet bij de film houden. Het leken wel toverchipszakken. Ze geraakten niet leeg.
Het zit wellicht tussen mijn oren, die misofonie. Geneesmiddelen zijn er niet.
Enkel thuisblijven en daar de chips verstoppen.
Rudi LAVREYSEN