Met
28 leden werd gisteren bij Neos aandachtig geluisterd naar de uiteenzetting over de
interactie tussen klassieke muziek en onze maatschappij door de alom bekende Fred Brouwers. Omdat we allemaal vinden dat muziek maken vooral plezant is voor de muzikanten, vragen er veel mensen zich af wat de muzikanten dan doen als beroep. Zoals in alle beroepen zijn er in de muziekwereld grote verdieners en kleine verdieners. En niet alleen de muzikanten verdienen hiermee hun inkomen. Fred legde hen op een heel overzichtelijke manier uit dat de
omkadering alleen al aan vele mensen werkgelegenheid biedt. Dit gaat van het drukken van de tickets en posters, de suppoosten bij de inkom, de mensen die ons tijdens de pauze voorzien van drank, de schoonmakers achteraf, de omliggende restaurants die ook een graantje meepikken en de organisatoren zelf mogen we niet vergeten. En dan zijn er nog
de muzikanten zelf. Een symfonisch orkest telt al gauw 100 muzikanten, honderden opgeleide professionelen werkzaam in de vele muziekacademies, al de instrumenten die ook door iemand moeten gemaakt worden en wereldwijd zijn hier 10.000 mensen mee bezig ( in Vlaanderen is dit natuurlijk een kleinschalige industrie zoals Maene die oudere piano’s van grootmeesters namaakt). Verder is er de kledingindustrie, meubilair en drukken van partituren door de uitgever. In de opera is deze laatste categorie een stuk duurder omwille van de kostumering, kapsters, bouwers decor en belichting die tegenwoordig wel computergestuurd is.
De platenindustrie is ook een belangrijke factor maar vooral de grote firma’s kregen zware klappen te verduren. Jongere muzikanten nemen zelf cd's op via eigen platenfirma en verkopen hun cd's na hun concerten. Dan zijn er ook nog de muziekwedstrijden ( teveel volgens Fred), bv aan de Elisabethwedstrijd zijn er constant 10 mensen bezig.
Elk jaar studeren er ook
vele jongeren af in de muziekacademies die niet of zelden in deze vaste orkesten binnen geraken. Fred concludeert dat
luisteren en genieten het belangrijkste is maar dat we ook moeten beseffen dat er vele organisaties nodig zijn die hiervoor zorgen. En zo leerden ze bij Neos weer heel wat bij...