Wat gebeurde er met de klacht die vier fractieleiders van de oppositie op 28 maart bij de gouverneur indienden tegen het verloop van de gemeenteraadszitting van 26 februari? Op 28 augustus publiceerden de oppositieleiders
een persmededeling waarin ze protesteerden tegen het feit dat ze, vier maanden na datum, van de gouverneur nog altijd geen antwoord hadden gekregen op die klacht.
Vandaag kwam het stadsbestuur met zijn versie: op 24 april zou er bij de stad een brief van de gouverneur zijn binnengekomen met het verzoek op de gestelde vragen te antwoorden. Het antwoord van de stad werd op 5 mei verstuurd. Op 22 mei vernam het stadsbestuur dat de klacht niet was weerhouden en dat “op dezelfde dag de klager een identiek antwoord heeft ontvangen”.
Wat is nu het eigenaardige? Volgens de provincie werd er een aangetekend schrijven met het antwoord van de gouverneur verstuurd zowel naar de stad als naar Staf Henderickx, de fractieleider van "Aktief" wiens handtekening uiterst links (!) op de klachtenbrief voorkwam. De overige fractieleiders kregen geen brief, hoewel ook zij de klacht hadden ondertekend. Maar ook Henderickx zegt dat hij niets heeft ontvangen.
Waarom werd de klacht afgewezen? Willy Honings van het kabinet van de gouverneur: “De notulen dienen de essentie van de beraadslaging te bevatten. (...) De essentie, en dat staat toch vermeld in de notulen, is dat de CD&V–fractie
tegen heeft gestemd en dat omtrent het waarheidsgehalte van de motivatie van het stemgedrag onenigheid bestaat (hieruit kan worden afgeleid dat het betrokken raadslid het stemgedrag van zijn fractie heeft willen motiveren, maar dat noch de inhoud van de motivatie, noch de weerlegging ervan werden opgenomen in de notulen). Ik denk niet dat de decreetgever heeft gewild dat de onenigheid verder moet worden toegelicht. Beweringen en weerleggingen leveren meestal geen bijdrage tot de opbouw van de besluitvorming en hoeven niet in de notulen te worden opgenomen.”
Om een reactie gevraagd stelden de fractieleiders van de oppositiepartijen vanavond het eigenaardig te vinden dat de gouverneur de handelswijze van de burgemeester op de gemeenteraad niet toetst aan het reglement van de gemeenteraad, zoals nochtans gevraagd werd: "De gouverneur stelt enkel dat hij
denkt dat de decreetgever niet heeft gewild dat de onenigheid verder moet worden toegelicht. Maar, de oppositie
denkt en het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad
schrijft voor dat meningsverschillen
niet moeten worden toegedekt. Wat er ook van zij, de oppositie beseft dat een en ander begint te lijken op een vaudeville, maar de aanleiding is en blijft een ernstige zaak voor wie de democratie op lokaal niveau in haar hart draagt."