Al tachtig jaar waren de bedrijven van de heer K., actief in de bouwpromotie, klant bij de bank. Tot de bank een aantal kredieten en
‘straight loans’ introk en eiste dat de heer K. als borg een bedrag van 80.000 euro ophoestte. De heer K. nam dit niet, waarop de bank de heer K. dagvaardde voor de rechtbank in Gent. In de bankcontracten las de rechtbank dat het voor de bank volstond om een opzeg van 90 dagen te respecteren, om de kredieten stop te zetten. Verdere uitleg overbodig. ‘Kan wel zijn’, zei de rechtbank, maar ze vond het wel merkwaardig dat de heer K. als voorbeeldige en vaste klant zo hard werd aangepakt. Alle kredieten samen waren goed voor 3.400.000 euro, borgen waren er genoeg en er waren nog zeven appartementen en garages in de verkoop, waarde 2.500.000 euro. Afspraken en betalingstermijnen waren altijd nageleefd en belasting- of RSZ-schulden waren er niet. De heer K. zelf sprak van rechtsmisbruik en eiste, samen met zijn bedrijven, een schadevergoeding. Terecht vond de rechtbank. Ook een bank moet handelen als een goed huisvader, al staat dat niet in haar contracten. Ze moet de economie ondersteunen en haar verantwoordelijkheid nemen. Gezonde bedrijven zomaar wandelen sturen kan de economie in een neerwaartse spiraal drijven en faillissementen veroorzaken. Alleszins, een bedrijf dat plots elders geld moet vinden, lijdt schade, en dat is in dit geval onaanvaardbaar, aldus de rechtbank. Waarna ze de bank opdracht gaf om haar afrekening te herzien, misschien ook om na te denken over haar rol als goede huisvader.
Jan Bouly
(De auteur is advocaat)