De oplopende energieprijzen hebben niet alleen gevolgen voor de gezinnen in ons land, maar ook voor de bedrijven. Onder andere horecabedrijven, met de frituren voorop, voelen de gevolgen van de stijgende energieprijzen. Daarbovenop is ook de prijs van frietvet meer dan verdubbeld in minder dan een jaar tijd. De prijs van de snacks is eveneens gestegen en verhuurders indexeren de huurprijs. De eerste frituren hebben intussen al de deuren gesloten omwille van de oplopende prijzen. En dat alles nadat de horecabedrijven al de klos waren tijdens de coronaperiode. Frituren willen de hogere kosten vaak niet integraal doorrekenen aan de eindklant en dus zoekt men naar andere oplossingen.
Kosten worden slechts beperkt doorgerekendUit een
bevraging van Horeca Vlaanderen blijkt dat horecabedrijven de prijsstijgingen slechts beperkt doorrekenen aan klanten. Terwijl het inflatiepercentage tegen de tien procent aanschurkt, zijn de horecaprijzen in ons land in dezelfde periode met gemiddeld 5,4 procent gestegen. Uit de bevraging blijkt ook dat 42 procent van de horecaondernemers de huidige prijzen liefst van al wil behouden. Wie de prijzen wel doorrekent, doet dat met enige voorzichtigheid. Men weet uiteraard ook wel dat het voor de gezinnen moeilijker wordt om de facturen te betalen. En men vreest dat restaurant- en frituurbezoekjes dan het eerste worden waarop men zal besparen.
Besparen op personeel, porties en openingsuren Besparen lijkt het codewoord te zijn, ook voor de frituren. En er zijn verschillende manieren waarop men dat kan doen. Zo besparen sommige frituren op personeel of maken ze gebruik van goedkopere ingrediënten. Ook het verkleinen van de porties is een manier om geld te besparen. Andere frituren herbekijken de openingsuren. Niet op alle uren van de dag brengt de frituur evenveel op. Door bijvoorbeeld te sluiten om 23 uur in plaats van om middernacht en door wat later te openen, kan een frituur al snel veertig uur aan elektriciteit en personeel besparen. De redenering is bovendien dat de klanten niet per se verloren zijn, omdat ze wel wat vroeger of later zullen komen.
Investeren om te besparenOok op het gebied van horeca-apparatuur valt er best wel wat energie te besparen. Neem bijvoorbeeld
een bakplaat voor de horeca, ideaal om een lekker stukje vlees op te bakken. De nieuwste modellen zorgen voor een gelijkmatige warmteverdeling, maken gebruik van de meest geavanceerde inductietechnologie en verwarmen enkel waar het nodig is. Als er dus op een hoekje van de plaat een stukje vlees ligt, wordt niet de volledige bakplaat verwarmd. Hoewel velen leerden koken op gas, is inductie energie-efficiënter en is het resultaat net zo lekker. Er is bovendien ook wat minder warmteontwikkeling, waardoor de airco minder hard hoeft te draaien.
Ook het investeren in ledverlichting, isolatie, zonnepanelen, superisolerend glas, een warmtepomp en dergelijke meer kent een mooie terugverdientijd. Energie-efficiënte ingrepen leveren heel wat winst op, maar het vergt wel een aanzienlijke investering. En dat na een coronapandemie die de beschikbare budgetten terug heeft gedrongen. Gelukkig bieden de verschillende overheden in ons land steunmaatregelen aan voor horecabedrijven die willen investeren in
energiebesparing. Zo is er bijvoorbeeld de Ecologiepremie+ van het Vlaamse Gewest met subsidies van 15% tot 55% van de meerkost van de investering.