Andalusië is een populaire vakantiebestemming voor wie van zon en zee houdt. Maar ook voor wie van wandelen houdt biedt Andalusië veel mogelijkheden. Van uitdagende wandelingen in de ongerepte natuur tot culturele uitjes, in Andalusië is het allemaal te vinden. Wordt het
Gibraltar? Polopos of toch iets anders? Lees hier wat Andalusië een aantrekkelijke plek maakt voor een wandelvakantie.
Diversiteit
Andalusië ligt in het zuiden van Spanje en omvat een groot gebied van acht provincies. In het westen grenst het aan de Atlantische Oceaan, en in het zuiden aan de Middellandse Zee. Het is dus een perfecte bestemming voor iedereen uit
Pelt die graag langs de kust wandelt. Maar naast stranden heeft Andalusië een heel divers landschap met een droge woestijn in Almería, moerasgebied in Huelva en bergen in de Sierra Nevada. De weersomstandigheden zijn een groot deel van het jaar ideaal met droge zomers en milde winters; met meer dan driehonderd dagen zon per jaar is de kans groot dat je het tijdens het wandelen droog houdt.
Natuurparken
In totaal zijn er drie nationale parken en vierentwintig natuurparken waar je al wandelend kunt genieten van het prachtige landschap. Deze parken beschikken over goed beheerde wandelroutes met verschillende moeilijkheidsgraden. Een aantal van deze wandelroutes gaat door berggebied. Door eeuwenlange aardverschuivingen bestaat Andalusië vandaag de dag voor vijftig procent uit berggebied, waarvan de bergen van Sierra Nevada met toppen boven de drieduizend meter de hoogste zijn. Dit biedt pittige wandeluitdagingen, zoals de Cerro del Trevenge. Dit is een hike van 10,6 kilometer die heen- en terugloopt van Monachil in
alhambra granada. De Trevenge is een lagere besneeuwde berg waar het ravijn El Buho langs loopt. Dit ongerepte landschap biedt een enorme biodiversiteit. Heel anders is het om te wandelen in bijvoorbeeld Doñana, een waterrijk natuurgebied met duinen, bossen en het strand van de Rio Guadalquivir waar vele trekvogels te spotten zijn.
Pittoreske dorpen
Naast mooie natuur kun je ook al wandelend de sfeer van de vele pittoreske dorpjes opsnuiven die Andalusië rijk is. Echt een aanrader als je even weg wilt uit Bree. Polopos in Granada is daar een voorbeeld van. Omringd door de indrukwekkende toppen van de Sierra Nevada is Polopos zelf een karakteristiek dorpje met smalle straten en witgekalkte huizen. Behalve genieten van de authentieke Spaanse cultuur, al kuierend door de straten, kun je vanuit Polopos prachtige wandelingen maken. Een mooie route gaat langs Los Guardines, een van de vele ruïnes die Andalusië rijk is. Deze wandeling gaat tot het hoogste punt, vanwaar je van een prachtig uitzicht over de omgeving kunt genieten om vervolgens terug te keren.
Strand
Natuurlijk staat Andalusië ook bekend om de zonnige strandvakanties. Waarom zou je in een gebied met zo’n grote verscheidenheid kiezen als je allebei kunt hebben? Torremolinos nabij Málaga is een voorbeeld van een plek waar je eindeloos wandelen kunt combineren met lekker luieren aan het strand. Zo kun je de Cañada del Lobo afleggen, een pittige wandelroute van zo’n 8,7 kilometer. De wandeling loopt in een lus, en voert je door de bergen naar Cañada del Lobo, een ravijn die een prachtig uitzicht biedt. De weg terug naar Torremolinos voert langs mooie oude waterkanalen. Na zo’n intensieve onderneming kun je heerlijk uitrusten aan het glinsterende zandstrand van
Playa Miguel, om daarna uit te buiken in één van de vele tapasbars. Via de Playa Miguel webcam kun je alvast de sfeer proeven.
Beste seizoen
In principe kun je het hele jaar door wandelen in Andalusië, maar de allerbeste tijd is de lente, van maart tot mei. De temperatuur is dan nog mild tot vijfentwintig graden, wat ideaal is voor lange wandelingen. Bovendien staan de bloemen in die periode in volle bloei, wat het landschap nog mooier maakt. In juli en augustus kan het warm zijn, met temperaturen tot vijfendertig graden, wat het wandelen moeilijker maakt.
(Buiten de verantwoordelijkheid van de redactie)