Twaalf vrienden, waaronder
5 Peltenaren (Daan, Glenn, Karel, Stijn en Ward) vertrokken een week geleden naar
Georgië. Dat land is anderhalve keer zo groot als Nederland en ligt tussen Rusland, Turkije, Armenië en Azerbeidzjan. Op de luchthaven in Schiphol werd hen door de grenscontrole op een eerder verbaasde toon gevraagd wat ze daar wel gingen doen. Ondertussen lieten ze ons weten dat ze de stad
Martvili bezochten, waar een middeleeuws klooster mét kathedraal ligt, te bereiken via een kabelbaan. Ze trokken ook naar het bergdorp
Kasbegi dat aan de voet ligt van de Kazbek berg. Daar ligt ook een vulkaan, maar het thuisfront moet zich niet ongerust maken, de laatste uitbarsting dateert van 6000 jaar geleden. En ze bezochten in Gori het houten
geboortehuis van Stalin, waar in 1937 een museum van werd gemaakt. Het lot van het museum is echter onzeker, want het wordt ondertussen beschouwd als teveel eerbetoon aan de Russische dictator. Het museum schept namelijk een positief beeld van de man die naar schatting 9 tot 20 miljoen mensen liet 'wegzuiveren'.