Het is een uitspraak die vaak in het dialect uit een volksmond komt en wil zeggen dat het leven niet altijd eenvoudig is. Je kan dat gezegde dan ook op heel veel verschillende dialectische manieren trachten te schrijven. Wat aangeeft dat leven nooit simpel is. Waar het echt om gaat is de boodschap . Dat de kappersschaar weer werkloos in het salon ligt. Waarom wordt dat beroep geviseerd? Daar gaat mijn haar rechtop van staan. Blijkbaar is het allemaal veel ingewikkelder dan haar snijden. Als men iedere bezoeker van een kapsalon sinds de heropening getest had, dan had men nu een perfect zicht gehad op het mogelijk aantal besmettingen dat kon ontstaan tijdens een knipbeurt. Nu wordt er te pas en te onpas gezwaaid met onderzoeksresultaten die zouden moeten bewijzen dat er een hogere besmettingsgraad ontstaat in kapsalons na de knip of een zitje onder de droogkap. Natte vingerwerk is dat! Maar er zijn nog zekerheden. Als je nu naar een passerende trein staart en je ziet iemand aan het raam zitten, dan weet je meteen dat die persoon naar de kust spoort zelfs als die trein richting binnenland rijdt. Dat kan wel een serieuze omweg worden. Het zijn van die hilarische voorschriften die je bijna zouden doen vergeten dat de pandemie nog steeds woedt. Humor op zijn best maar helaas is het zwarte humor want corona laat zich niet zomaar wegknippen of -scheren. In een vorige Losse Flodders sprak ik de hoop uit dat 1 april de Corona-Bevrijdingsdag zou worden. Dat halen we niet. Mikken we dan maar op 1 mei? Het is eigenlijk zielig als we maar blijven mikken zonder de roos te raken. Er is helaas geen alternatief. Op persoonlijk vlak kan ik melden dat ik een knieprothese heb gekregen. Dat gebeurde in AZ Vesalius Tongeren. Dat ontlokte mijn immer schalkse tennismaat Willy de reactie :”Hebben ze wisselstukken uit het Gallo-Romeins museum gebruikt?” Ik heb geantwoord dat dit voorstel mij werd gedaan als goedkopere oplossing maar dat ik daar toch maar niet ben op ingegaan. Ik loop dus nu tijdelijk op krukken. Net zoals onze samenleving door corona al een jaar doet. (Martin Vanierschot)