Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon plaatst d
e Sint-Antoniusvieringen op de
Inventaris Vlaanderen van het Immaterieel Cultureel Erfgoed. Deze jaarlijkse volksfeesten ter ere van Sint Antonius, de patroonheilige van de varkens, varkenshoeders en slagers, worden in tal van Vlaamse dorpen georganiseerd rond 17 januari. Toch is op veel plaatsen de traditie ook verdwenen. De Inventaris Vlaanderen van het Immaterieel Cultureel Erfgoed geeft een overzicht van ons niet-tastbaar erfgoed: onze kennis, gewoontes, gebruiken en praktijken die dermate belangrijk zijn dat we ze moeten koesteren om aan volgende generaties te kunnen doorgeven.
De minister van Cultuur voegt nu de Vlaamse Sint-Antoniusvieringen toe aan die inventaris.
Jaarlijks wordt rond zijn naamdag, 17 januari, ‘Toontje met het varken’ gevierd. Die bijnaam kreeg Sint Antonius, patroonheilige van de varkens, varkenshoeders en slagers, al in de middeleeuwen.
De Sint-Antoniusvieringen zijn heuse volksfeesten waar honderden mensen uit diverse verenigingen aan deelnemen. In elke gemeente heeft de Sint-Antoniusviering zijn eigen unieke karakter. Toch delen de verschillende vieringen gemeenschappelijke kenmerken. Zo start de feestdag meestal met een religieuze plechtigheid - een misviering, een processie of wijding - waarbij vleeswaren en lokale producten worden gezegend. Na de (eucharistie)viering worden de offergaven per opbod verkocht. De veiling trekt veel kijklustigen en de opbrengst gaat steevast naar een goed doel of de parochie. De dag wordt afgesloten met een groot volksfeest: een dorpsbal, eetfestijn of kermis. De Sint-Antoniusvieringenbrengen mensen samen, over de generaties heen, en spelen een belangrijke verbindende rol binnen de lokale gemeenschappen.