Low cost onderdak verschaffen is van alle tijden. Denk maar aan de bedevaarders naar Compostela die voor een appel en een ei, of zelfs gratis, onderdak kregen omdat het een bijna religieuze plicht was. Dat zei de vrederechter van Brugge toen hij te maken kreeg met een huurder die zijn huurwoning in Brugge aanbood op Airbnb. Maar, mag iemand die een woning huurt om er in te wonen die woning aanbieden via Airbnb? De huurbaas die zijn opwachting maakte voor de vrederechter van Brugge vond alleszins van niet. Hij eiste dat de vrederechter zijn huurder op straat zette, omdat hij ontdekte dat deze zijn huurappartement in één van de meest toeristische straten van Brugge aanbood op Airbnb. De vrederechter onderkende dat het Airbnb-systeem het kader van de zeven werken van barmhartigheid overstijgt. Vandaag zijn er professionele logiesverstrekkers die belastingen betalen en een aangepaste verzekeringspremie. Zij moeten zorgen voor brandveiligheid en veilig voedsel. Gemeentes willen waken over het woning- en hotelaanbod. Meer toeristen betekent meer vuilnisbakken, meer verkeer, meer parkeerplaatsen,... Kortom, de tijden zijn veranderd.
De huurder foeterde dat hij toch alleen maar ontbijt en bed aanbood en dus geen kamers verhuurt. Spitsvondig, vond de vrederechter, maar Airbnb-gasten zijn geen huisgenoten. Zij huren kamers en dus gaat het om verboden onderverhuur, volgens het huurcontract en de woninghuurwet. Dat de huurbaas de uithuiszetting vorderde vond de vrederechter niet overdreven. Zelfs na het opstarten van de procedure verschenen er recensies op de Airbnb-website en de huurder bleef online adverteren. Hij kreeg daarom van de vrederechter een onmiddellijk verbod op publiciteit en verhuur via Airbnb. Als hij er zich niet aan hield vloog hij op straat en moest hij een schadevergoeding betalen van drie maanden huur.
‘De mensen willen overal beter van worden, daarom verrichten ze zo weinig goede daden’, schreef de Nederlandse dichter Cees Buddingh.
Jan BOULY
(De auteur is advocaat)