Al meer dan 30 jaar was zij verpleegkundige in hetzelfde ziekenhuis, toen zij tijdens haar weekendshift een telefoontje kreeg van een persoon die zich voorstelde als de partner van een patiënt. Eerder vernam zij van de dokter van die patiënt dat hij de medicatie van de patiënt (HIV? aids?) nodig had en de dokter vroeg haar dit in orde te brengen. Zij vroeg de persoon aan de telefoon daarom de aidsmedicatie bij een volgend bezoek mee te brengen. Geconfronteerd met de reactie van de “partner” besefte ze dat zij in de fout was gegaan en bracht ze de hoofdverpleegkundige onmiddellijk op de hoogte, maar die vond het niet nodig de feiten te melden bij de directie. Een maand later diende de patiënt een klacht in bij het ziekenhuis waarop de verpleegkundige werd gehoord door de directie. De volgende dag volgde een ontslag op staande voet. Geen opzegtermijn, geen ontslagvergoeding.
De verpleegkundige richtte zich tot de arbeidsrechtbank die het ziekenhuis veroordeelde tot een opzegvergoeding. Het ziekenhuis aanvaardde de beslissing van de arbeidsrechtbank niet en tekende beroep aan bij het arbeidshof van Gent. Het arbeidshof vond dat de verpleegkundige wel degelijk onvoorzichtig was geweest, geïnspireerd door de verkeerde opvatting dat de partner van de patiënt wel zou weten van de medicijnen. Maar, aldus het arbeidshof, de verpleegkundige handelde uit zorg voor de patiënt en op de werkvloer tilde men ook niet zwaar aan de feiten want de hoofdverpleegkundige had de directie niet op de hoogte gebracht. Hoe kon het ziekenhuis dan ook beslissen dat verdere samenwerking met de verpleegkundige met 30 jaar vlekkeloze dienst onmogelijk was? vroeg het arbeidshof zich af. Eén enkele onvoorzichtigheid rechtvaardigde geen ontslag op staande voet en de toepassing van deze zwaarste sanctie getuigde van bijzonder weinig respect voor haar jarenlange inzet.
Het was het ziekenhuis er klaarblijkelijk alleen om te doen zich gemakkelijk en goedkoop van de verpleegkundige te ontdoen en net zoals de arbeidsrechtbank veroordeelde het arbeidshof het ziekenhuis tot betaling van een opzegvergoeding van 131.703,54 euro.
Het belangrijkste recht in deze wereld is het recht zich te vergissen – Harry WEINBERGERJan BOULY
(De auteur is advocaat)