Een zeer geliefde kaart uit het
Algemeen Fonds van het bordspel
Monopoly is die met
‘een vergissing van de bank in uw voordeel’. Maar, maakt zo’n vergissing in het echte leven ook gelukkig?
Zo was er een bofkont die na een verkeersongeval van zijn verzekeringsmaatschappij tweemaal de wrakwaarde van zijn
total loss auto kreeg, zodat hij 6.580 euro te veel ontving. De verzekeringsmaatschappij zag bij de uitbetaling over het hoofd dat de verzekerde geen afstand deed van het autowrak. Een geluk dus bij een ongeluk, zo leek het. De verzekeringsmaatschappij ontdekte de vergissing en eiste terugbetaling voor de rechtbank van Gent.
“Gegeven is gegeven”, vond de verzekerde. Daar mocht hij toch op vertrouwen als een verzekeraar een uitbetaling doet.
“Had gekund”, vond de rechtbank als de gelukzak te goeder trouw is en kan aantonen dat hij niet meer in het bezit is van wat hij te veel ontving. Maar, dat kon hij niet. Hij kon ook niet bewijzen dat hij, omwille van het financiële toemaatje van 6.580 euro, een nieuwe wagen had gekocht die luxueuzer was, zodat hij in de penarie zou geraken als hij 6.580 euro moest terugbetalen. Hij kon volgens de rechtbank ook geen aanspraak maken op een schadevergoeding, terwijl de verzekeraar toch een fout had gemaakt. Wat restte was frustratie en ontgoocheling, waar hij dus niet voor vergoed werd.
Harry Weinberger (1924-2009), geen jurist maar een schilder, wist het al: “Het belangrijkste recht in deze wereld is het recht zich te vergissen.”
Jan BOULY
(De auteur is advocaat)