Ik ben een laatbloeier wat amoureuze zaken betreft. Ik herinner me dat het lang bleef bij platonische liefde, liefde in gedachten. Toen ik mijn plechtige communie deed, liep ik in de optocht naar de kerk naast Monique, een wondermooi meisje met sterren in haar ogen. Ze liep in de meisjesrij, in ruisend wit, vlak naast mij.
Ze leidde me af van het heilig sacrament dat ik weldra zou ontvangen. Na de plechtigheid in de kerk speelde haar feeërieke beeltenis nog verder door mijn hoofd. Ik wist in welke straat ze woonde. Daarom besliste ik om na schooltijd elke dag door haar straat te fietsen. Ik reed heen en weer, want ik kende haar huisnummer niet. Ik hoopte dat ze ooit zou buiten komen, maar dat deed ze niet. Misschien had ik me wel van straat vergist. Later, toen ik leider bij de Chiro was, overkwam mij nog zo’n ‘coup de foudre'. Samen met leider Erik belde ik aan een huis aan om WC-papier te verkopen ten voordele van ons Chiro-kamp. De deur ging open en er verscheen een mooi meisje. Ze kon niet beslissen over de aankoop van het toiletpapier in kwestie want ze was alleen thuis. Ze bleef echter in het deurgat gekken en giechelen met die twee knappe gasten voor haar. Ze zei dat ze ons wou terugzien. Ze ging naar de stedelijke beroepsschool, de Ecole Moyenne. Omdat ze ook met de fiets naar school ging, was het voor haar niet moeilijk om zogezegd per toeval naast mij te komen fietsen en zo samen naar school te rijden. Toen onze wegen scheidden gaf ik haar een hand. Ze hield wel erg lang mijn hand vast, ze verwachtte blijkbaar iets meer. Maar voor mij was het vasthouden van die hand al meer dan genoeg. Van die zachte meisjeshand kreeg ik het warm en mijn hart klopte tot in mijn keel. Tot mijn vader mij op heterdaad betrapte toen hij van zijn werk kwam en mij in de omgekeerde richting voorbij fietste. Hij bezwoer zijn zoon daar mee op te houden. O wee als hij hem nog eens met dat meisje zag ! Maar de fietsvrijage was vanzelf afgelopen want het meisje verwachtte zoals gezegd meer dan handje vasthouden en hield het vanzelf voor bekeken. (Jef Lingier)